Share a little biographical information to fill out your profile. This may be shown publicly.

 

We sturen je per e-mail een wachtwoord toe. Soms komt deze e-mail in je spambox terecht.

OPGELET: Aan deze gastbijdrage hangt een disclaimer vast!

Na de Mille Miglia te hebben uitgezwaaid in Brescia, laten we deze klassiekerrally even voor wat ze is en trekken we naar Modena en Bologna. Dat dit de thuishavens van respectievelijk Ferrari en Lamborghini zijn zal niemand hier verbazen. Op de vraag of deze bedevaartsoorden voor de octaanliefhebber de moeite waard zijn kan men kort zijn: ja, maar enkel indien je reeds in de buurt bent.

2014_mille_miglia_deel_2_08

Na een trip over lappendekens van wegen, waarvan zelfs Hilde Crevits in een lachbui zou schieten, bereik je het heiligdom van Ferrari. Buiten het museum is er voor de reguliere sterveling, behoudens gesloten poorten, weinig te zien. Ook het museum toont slechts een erg beperkte selectie van de pareltjes die het stijgerende paard mogen dragen. Gelukkig is er evenwel de klassieke silhouete van de 250 GT California te bewonderen. Toch valt mijn mond open van iets geheel anders. Steve McQueen en de film Le Mans worden in dit museum uitdrukkelijk verheerlijkt.

SONY DSC

SONY DSCSONY DSC

SONY DSCSONY DSC

SONY DSCSONY DSC

Goed 40 jaar geleden boycotte Ferrari nochtans deze cultfilm, nadat het had vernomen dat Porsche volgens het scenario zou triomferen. Hierdoor moest het productiehuis zich wenden tot private teams (en onze eigen Jacques Swaters) om Ferrari 512’s te huren. Het tij kan keren.

SONY DSC

Het Museo Cassa Enzo Ferrari in hartje Modena maakt dan meer indruk. In het geboortehuis van de godfather van de supersportwagens (en het aanpalend modern gebouw), worden evenmin veel wagens getoond. Toch is de beleving in dit strakke decor, vol kleine weetjes en legendes, van een ander niveau. Bovendien is het leuk nog eens oog in oog te staan met een jeugdidool als de 288 GTO. Dat was veel te lang geleden!

Ook bij Lamborghini valt er buiten een hoekig fabriekspand van eind jaren ’60 en een klein museum weinig te beleven. Niettemin is het leuk een bende wilde stieren, inclusief prototypes als het Miura Concept uit 2006, bij elkaar te zien. Maar of de toegangsprijs daarvoor nu hoger moet zijn dan bij Porsche of Mercedes-Benz?

2014_mille_miglia_deel_2_22

SONY DSC2014_mille_miglia_deel_2_24

SONY DSC2014_mille_miglia_deel_2_23

2014_mille_miglia_deel_2_212014_mille_miglia_deel_2_20

Afijn, na een tussenstop bij het prachtige Gardameer, dat door een kolonie van welvarende (dat mag je door de vele jachten gerust letterlijk nemen) Duitsers een oase van netheid, Porsche’s en Deutsche Sprache is, wachten we de Mille Miglia zondagochtend op bij Castiglione delle Stiviere. Voor de cavalerie van klassiek geweld rijdt een horde moderne supercars uit. De aanwezigheid van een 599 GTO, 458 Speciale of zelfs Enzo wordt hierbij overschaduwd door maar liefst twee LaFerrari’s.

2014_mille_miglia_deel_2_03

2014_mille_miglia_deel_2_012014_mille_miglia_deel_2_02

Bij aankomst van de deelnemers aan de Mille Miglia valt, bij dit laatste check-point voor aankomst in Brescia, de vermoeidheid bij zowel rijders als wagens op. Zo hinken er flink wat bolides achterop en is het enthousiasme, na bijna 1000 mijl in veelal oncomfortabele klassiekers, veelal getemperd. Toch kan het erger, er blijken een flink aantal deelnemers te ontbreken. Twee daarvan, een zwarte 300 SL en de C-type met daarin Milow, hebben met serieuze blikschade de tocht moeten staken.

2014_mille_miglia_deel_2_06

Al bij al kende deze editie van de Mille Miglia een veelal positief einde onder een stralende zon. Dat was ooit anders. Ten tijde dat de Mille Miglia nog een echte race was, waren dodelijke slachtoffers (56 over de 24 edities heen) helaas letterlijk schering en inslag. Bij de editie van ’57 bedroeg de dodentol, door twee zware ongelukken, maar liefst 12 slachtoffers. Dat hierbij ook vijf kinderen te betreuren vielen, maakt het des te begrijpelijker dat het toen definitief over en uit was met de Mille Miglia als straatrace.

2014_mille_miglia_deel_2_052014_mille_miglia_deel_2_04

De terugweg verloopt langs de Vogezen, met halte in Gérardmer. De rust die deze tijd van het jaar in dit wintersportgebied heerst is ideaal om wat bochten mee te pikken. De slingerende asfaltwegen dien je enkel sporadisch te delen met de lokale bevolking, wat Duitse motorijders en enkele vissers. Dat het een wintersportgebied is zorgt er tevens voor dat je goede hotels voor het kiezen hebt, evenals restaurants en bars. Het rustieke, glooiende landschap is tevens de ideaale plek om te kunnen reflecteren over een bewogen trip. Het verdict laat zich perfect opdelen in twee.

Italië heeft slechts gedeeltelijk weten te charmeren. Natuurlijk zijn plekken als Brescia en het Gardameer uiterst genietbaar in het zonnetje. Toch zijn er ook minpunten. En dan heb ik het niet eens over mijn eerste kennismaking met een ‘Frans toilet’ in een bar in Brescia, het gebrekkig Engels van de Italianen (ook jongeren), het wilde rijgedrag, het niet gebruiken van richtingsaanwijzers, noch de soms dubieuze infrastructuur. Nee, ik had simpelweg haast nergens het gevoel in Italië te zijn.

2014_mille_miglia_deel_2_07

Op de radio hoor je overal Ozark Henry (proficiat Piet Goddaer!) en alle hedendaagse wagens zijn van vreemde, veelal VAG, origine. Een moderne Fiat 500 kom je vaker tegen in België dan in Noord-Italië. Enkel de goede oude Panda’s en Punto’s zijn stille getuigen van een rijk Italiaans autoverleden in het midden- en lagere segment van de automarkt. De romantische voorstelling die ik in mijn hoofd had van het klassieke Italië is dus helemaal aan diggelen.

De Mille Miglia daarentegen was een echte voltreffer. Nooit zal ik het beeld vergeten van een breed grijnzende bestuurder die zijn Maserati 200 SI de sporen geeft en een vroege Porsche 356 pre-A ‘Knickscheibe’ met een flinke en vooral luide dot gas voorbij snelt. Ik maak met andere woorden nog zeker eens de tocht richting Italië. Maar het zal dan toch voornamelijk voor de Mille Miglia zijn.

[Foto’s: Stijn Braes]