Share a little biographical information to fill out your profile. This may be shown publicly.

 

We sturen je per e-mail een wachtwoord toe. Soms komt deze e-mail in je spambox terecht.

In deze rubriek deelt huisfotograaf Bert handige tips en trucs voor een geslaagde prent.
Deel 3: Wat is de techniek achter een geslaagde panning-foto?

Dat we bij DRIVR hoog oplopen met fotografie, is een understatement van jewelste. Hier de term beeldbewerking opgooien, is daarom een onberekend risico. Veel liefhebbers van eye candy hebben een natuurlijke afkeer voor post processing, maar in 2015 kun je daar niet meer helemaal omheen. Fotografie is immers geëvolueerd naar een kunstvorm waarbij de snapper zijn creativiteit achteraf de vrije loop kan laten. Dat hoeft geen extreme vormen aan te nemen, zolang er maar een gezonde balans ontstaat tussen je eigen smaak en die van je opdrachtgever.

Soms krijg ik de opmerking dat zogenaamde “panning” foto’s te opvallend bewerkt zijn, maar die reactie vloeit voort uit een gebrek aan kennis. Panning-foto’s ontstaan door een cameratechniek waarbij het (bewegende) onderwerp scherp is, en de achtergrond vervaagd wordt door snelheid. Deze handeling is dan ook al zo oud als de straat, en werd reeds gebruikt in een tijd dat computers en Photoshop nog science fiction waren. Onderstaande tutorial biedt dus niet alleen handige tips, het geeft ook meer inzicht over hoe deze foto’s tot stand kunnen komen zonder nabewerking.

Panning_Tut_02

Een ideale plek om de techniek te oefenen is het circuit, waar voortdurend auto’s tegen hoge snelheid passeren over een voorspelbaar traject. Starten doe je best op een plek waar de auto’s parallel voorbij komen rijden, zodat je in een rechte lijn mee kan draaien. De truc is om perfect met de richting en de snelheid van de auto mee te draaien, zonder daarbij in de hoogte te bewegen of te bibberen. Een handig hulpmiddel is een monopod, maar deze werkt enkel optimaal in situaties waar wagens perfect horizontaal door je beeld komen.

Panning_Tut_03

Een langere sluitertijd vormt de basis van de techniek, en naarmate je beter wordt kan je de sluitertijd stelselmatig verder laten zakken. Beginnen doe je best met een sluitertijd van 1/100 second, dat brengt al behoorlijk wat snelheid in foto’s van voorbij razende auto’s. Laat je echter niet ontmoedigen als het grootste deel van je foto’s mislukt zijn, een succesratio van 1% is heel normaal in het begin. Naarmate je beter wordt kan dit stijgen naar 5% à 10%, maar zie dit eerder als een uitdaging om met tragere sluitertijden beginnen te werken.

Panning_Tut_08

Als parallelle panning-shots aardig beginnen te lukken, wordt het ook eens tijd om auto’s te fotograferen die in jouw richting komen gereden. Je zal merken dat op deze manier, in tegenstelling tot de parallelle foto’s, het niet mogelijk is om de hele auto scherp in beeld te krijgen. Dit komt omdat de auto onder deze hoek niet met zijn gehele vorm op een gelijkmatige afstand van het brandpunt in je lens verwijderd is. Het gedeelte dat verder verwijderd is (de achterkant) heeft minder snelheid voor je camera dan het gedeelte dat dichterbij bij je lens zit (de neus).

Panning_Tut_05

Om dit verschijnsel in de praktijk uit te leggen: een vliegtuig dat tegen 900 km/u op 13 kilometer hoogte voorbij komt, lijkt traag te vliegen. Stel dat ditzelfde vliegtuig op 100 meter hoogte voorbij komt gevlogen tegen 900km/u, zou het snelheidseffect velen malen groter zijn. Het verschil tussen de voor- en achterkant van de auto mag dan misschien maar 4 à 5 meter bedragen, maar toch dit maakt het verschil voor je lens. Een veel voorkomende fout is dan ook dat je de achterkant scherp in beeld hebt, omdat je net iets te traag hebt meegedraaid met snelheid van de auto.

Panning_Tut_07

Er is echter nog een laatste bepalende factor voor het scherpteveld van je foto, en dat is de afstand van je camera tot de auto. Hoe groter de afstand, hoe breder je scherpteveld wordt en des te meer kans dat de auto volledig scherp in beeld staat. Ik vind het persoonlijk ook gemakkelijker om de auto met grote zoom van op afstand precies te volgen dan met een breedhoeklens van dichtbij, maar soms leent de situatie zich er niet toe.

Panning_Tut_04

Na twee jaar oefenen werk ik nu met een sluitertijd van 1/40 second op het circuit, en dat met een slaagkans van ergens tussen de 2% en 5%. Dit betekent misschien wel dat er veel tijd verloren gaat met het wissen van mislukte foto’s, maar snelle en grote geheugenkaarten hebben zo hun prijs. Oefenen is dus de boodschap: stel je camera in op de sluiter prioriteit met een ISO 100 (of “auto” als je het niet weet) en schieten maar! Wel opletten dat je jezelf niet bezeert, 2 dagen op rij pannings maken kan je een verschot in de rug opleveren! Helaas spreek ik uit ervaring.

Panning_Tut_10