De McLaren 720S is de allersnelste vierwieler die hier ooit gepasseerd is, en dat zal vermoedelijk niet snel veranderen. Maar kan de gevleugelde Brit ook emotioneel begeesteren?
Het gebeurt nog maar zelden dat ik geen referentiekader heb. Wanneer ik de verrassend zware carbon vleugeldeur van onze Burton blauwe 720S dichttrek, en het zachtsluitende motortje zijn werk doet, weet ik dus echt niet wat mij te wachten staat. Het is een sensatie die tezelfdertijd extreem opwindend maar ook benauwend werkt. Op papier is de 720S immers een supercar pur sang. En volgens sommigen zelfs een hypercar. Met zijn extreem stijve carbon monocoque, imposante vleugeldeuren, centraal geplaatste en 720 pk sterke 4.0-liter twin turbo V8 en een rijklaar gewicht van nauwelijks 1.420 kg, is er immers maar weinig op de plannet waar deze Macca de duimen voor moet leggen.
Klamme handjes
Nul tot honderd neemt dankzij de launch control ternauwernood 2,9 seconden in beslag. De sprint naar de tweehonderd nauwelijks 7,8 seconden en zijn topsnelheid ligt ruim boven de magische 200 mijl per uur. Cijfers die boekdelen spreken en supercars van mijn generatie zoals de Ferrari F40 en F50, Jaguar XJ220 en zelfs koning McLaren F1 bijna in het belachelijke trekken. Klamme handjes dus, ook al is dat nergens voor nodig.
McLaren staat er nu eenmaal op dat al zijn modellen toegankelijk zijn. En dat is ook voor het derde model van wat Woking de ‘Super Series’ noemt het geval. Ondanks technische innovaties inzake chassis (MonoCage II), actieve aerodynamica en een gekietelde aandrijflijn is ook deze 720S wat een wolf in schaapskleren – zeker als je het brede spectrum tussen dagelijkse bruikbaarheid en nauwelijks te vatten prestaties in acht neemt.
Functionaliteit boven
De ingenestelde koplampen met functionele luchtinlaten vergen nog steeds gewenning. Maar daarna heeft McLaren wat mij betreft in de roos geschoten. Je verdrinkt quasi in de vele knappe maar ook steevast functionele details. Idem voor de open achterkant die betovert met zijn elegante LEDs, enorme diffuser, actieve airbrake en – à la Ferrari 288 GTO – zicht op zijn Graziano SSG 7-bak met dubbele koppeling. De uitzondering op die regel is de motor, die zo diep en naar het midden versleuteld zit dat je hem niet of nauwelijks te zien krijgt.
Een een al spieren en sérieux dus, zonder daarbij het praktisch aspect te zijn vergeten. Het in- en uitstappen vergt gewenning, maar verloopt makkelijker dan ooit dankzij de uitgesneden dakstructuur. De combinatie van het lage dashboard en de grote hoeveel glas rondom, inclusief optionele Gorilla glazen dakpaneeltjes, geeft de cockpit een zee van licht. En zelfs het zicht (schuin) naar achteren is uitzonderlijk goed dankzij de dunne dakstijlen. De rest van de cockpit is vooral rijdersgeoriënteerd met alle bedieningsorganen binnen handbereik.
Volumineus beter dan muzikaal
Enfin, indrukken die je ook stationair kunt maken. Veel meer zijn we benieuwd naar hoe de 720S nu precies rijdt. Starten doe je contactloos via een druk op de knop, waarna de M840T V8 met een krachtdadige brom tot leven komt. Volumineus, zeker wanneer je de verborgen ‘Track Start’ gebruikt, maar niet echt muzikaal. En dat ondanks de optionele sportuitlaat. Nu zal een geblazen V8 zelden écht goed klinken, maar dat kan beter. Ook al benadrukt McLaren graag het GT-aspect van zijn supersporters, en deze 720S in het bijzonder.
De automaat gaat meteen in de manuele stand via de gescharnierde schakelpeddels achter het stuur, maar krijgt evenwel ruim de tijd om op bedrijfstemperatuur te komen. Het gaspedaal is verrassend zwaar, terwijl het hydraulisch bekrachtigde stuur dat een stuk minder is. Voorts is het vooral wennen aan de breedte van de 720S en de vele reacties van omstanders op de imposante verschijning.
Y400MCL is er eentje in de ‘Luxury Spec’ en komt met volledig elektrische comfortstoelen. Die zitten op zich prima, maar missen het drama en de houvast van de optionele kuipstoelen. En ook de optionele en extra grote MSO carbon schakelpeddels zijn allicht het aanvinken waard. De standaard exemplaren zouden immers best wat groter mogen zijn.
Hyper intelligente tractiecontrole
Via het Active Panel op de middenconsole en diens twee draaiknoppen voor de Powertrain en Handling, heb je invloed op de motor en de ophanging. Ook de 720S maakt daarbij gebruik van McLaren’s gelinkte hydraulische ophanging zonder anti-rolstangen. Samen met een indrukwekkende hoeveelheid sensoren moet dat ongeacht de omstandigheden voor optimale grip en tractie zorgen. Maar ook verbeterde remprestaties.
Het grote voordeel is dat je daarbij voor de meest agressieve stand van de motor en versnellingsbak kunt kiezen, in combinatie met een behoorlijk comfortabele ophanging. Ideaal voor de vaak getormenteerde, Belgische tarmac zeg maar. In de meest comfortabele stand zorgt dat voor een verrassend toegankelijke setup, althans gezien het concept ‘supercar’. De meest stijve stand is dan weer vooral bedoeld voor het circuit. En daarmee is het C-woord meteen gevallen.
Want hoe dociel de 720S zich ook laat rijden, onderin schuilt er een beest wiens potentieel je enkel op een gesloten omloop te zien zult krijgen. De manier waarop de McLaren zijn vermogen op de weg neerzet is namelijk uiterst indrukwekkend. Dat is in grote mate te danken aan zijn hyperintelligente tractiecontrole die komaf maakt met bijna elke vorm van potentiële slip en die omzet in oneindig veel tractie.
Verpletterend snel
Toch is er maar zoveel kracht die je via twee achterwielen kwijt kan. Het volle vermogen van de motor wordt daarom pas echt losgelaten vanaf de derde en vierde versnelling. Lijkt de 720S de eerste twee verzetten nog opvallend dociel, dan wordt het vanaf het derde verzet pas écht duidelijk wat voor invloed 720 furieuze pony’s op 1.400 kg gewicht hebben. Of waarom je het extra rauwe kantje van de 720S maar zelden op straat te zien krijgt.
Dan pas komen motor, versnellingsbak en de carbon keramische remmen in hun element. Die laatste zijn op zich prima, maar missen in de eerste centimeters van het pedaal gevoel en precisie. Een vervelend euvel dat zich vooral uit bij stads- en start/stop-verkeer in het bijzonder. Komt daar nog bij dat de motor ondanks zijn platte krukas, sportuitlaat en waste gate-geluidjes karakter mist – zeker aan normale snelheden. Noem het daarom gerust een bijzonder effectieve motor, maar zeker geen echte ‘supercarmotor’. Of toch niet qua beleving. Maar opnieuw: dat is wellicht op een hogesnelheidspiste zoals Spa-Francorchamps helemaal anders.
De 720S is in zekere zin dus het slachtoffer van zijn eigen talent. Extreem bruikbaar en comfortabel en tegelijk ook verpletterend snel. Maar daardoor ook nogal dociel in dagelijkse omstandigheden. Je kan dus maar beter over diplomatieke onschendbaarheid beschikken of de Autobahn frequenteren wil je het potentieel van de 720S op de openbare weg iets of wat benutten.
Alleen is de vraag: wie gebruikt zo’n supersporter eigenlijk als daily? Auto’s als deze zijn toch vooral weekendspeeltjes, hoewel deze McLaren daarvoor weer iets te geciviliseerd is. Vooral door zijn motor, die afgezien van de prestaties nooit een hoofdrol opeist. Op emotioneel vlak kan de 720S wat mij betreft dus net niet voldoende begeesteren. Maar wie weet moet je daarvoor, net als bij de 650S van weleer, bij de hardcore LT-variant zijn.
MCLAREN 720S (2018)
MOTOR: V8, twin turbo, dry sump, CILINDERINHOUD: 3.994 cc, MAX. VERMOGEN: 720 pk (bij 7.250 tpm), MAX. KOPPEL: 770 Nm (bij 5.500 tpm), AFMETINGEN L/B/H: 4,54/2,05/1,19 m, GEWICHT (RIJKLAAR): 1.420 kg, VERSNELLINGEN: 7, automaat met dubbele koppeling, AANDRIJVING: achterwielaandrijving (open differentieel), OPGEGEVEN VERBRUIK: 10,7 l/100 km (249 g CO2/km), BANDEN: 245/35/R19 – 305/30/R2, Pirelli P-Zero, TOPSNELHEID: 341 km/u, 0-100 KM/H: 2,9 s, VANAFPRIJS: 271.420 euro (343.000 euro zoals getest), SCORE: 4,5/5