ShootOut:
BMW M6 Cabrio vs Maserati GranTurismo Sport

Dacht ondergetekende vorig jaar nog de onbetwiste hoofdvogel afgeschoten te hebben met de minst krachtige vierwieler die ooit onze redactieparking sierde, dan ben ik er nu absoluut zeker van: dit is met een gecombineerd vermogen van 1.020 pk zonder twijfel de meest pk-zwangere ShootOut in onze vierjarige geschiedenis. In de ene hoek: de 460 trappelende paarden van de Maserati GranTurismo Sport. In de andere hoek: de 560 nucleaire eenheden van de BMW M6 Cabrio*.

Geen wonder dat dit dan ook meteen de duurste ShootOut in onze annalen is. De Maserati maakt je 125.689 euro armer, terwijl onze test-M6 maar liefst 155.110 crisisgevoelige euro’s uit je zakken klopt. Of hoe we toch maar beter twee keer nadenken vooraleer we de dingen door de Henegouwse bochten langs de meren van de Eau d’Heure jakkeren.

Dat fikse prijskaartje vertaalt zich trouwens duidelijk in het interieur van de BMW: het Merino-volleder (€ 5.595) is haast overal terug te vinden – net als de M-logo’s (Car Magazine telde er 32, wij hielden het op ‘enkele tientallen’). Die logo’s zijn trouwens zowat de enige clues die weggeven dat je wel degelijk in een Motorsport-product zit, want voor de rest verschilt het interieur niet zoveel van een 6-Reeks Cabrio zonder M op het stuur. Een prachtig ontworpen stuur overigens, net als dat van de Maserati, dat deels met alcantara is overtrokken en opvallende duimsteunen meekrijgt. Dankzij dat alcantara doorheen het klassiekere maar meer gefocuste interieur trekt de Italiaan eerder de sportieve kaart dan de Beier, al mist die eerste in tegenstelling tot de Duitser (ondanks nieuwe stoelen) nog steeds een tikkeltje zijdelingse steun.

Maar waar het echt om draait, is uiteraard wat er zich onder de motorkap bevindt. Bij de modelwissel van de 6-Reeks ruilde de BMW (net als de M5) de heerlijk hoogtoerige V10 – die allicht beter in deze ShootOut had gepast – in voor een dubbel aangeblazen 4,4-liter V8. Die ziet z’n output weliswaar stijgen (van 507pk en 520Nm naar 560pk en 680Nm), maar ruilt een flink deel van z’n muzikaliteit in. En dat is natuurlijk het nec plus ultra van de Tridente. Diens atmosferische 4,7-liter V8 krijgt een mini-boost (van 440pk en 490Nm naar 460pk en 520Nm), die vooral dient om het verschil tussen de Sport (voorheen ‘S’) en de standaardversie te accentueren. De meer hardcore MC Stradale blijft door z’n dieetkuur de snelste GranTurismo.

Toch hoeft de Italiaan aan de lichten niet al te zeer onder te doen voor de Beier. Dat komt niet alleen door de 200 extra kilo’s die de M6 Cabrio meetorst, maar ook door het overvloed aan koppel dat de Duitser tussen 1.500 en 5.750 toeren op de weg moet zien te krijgen. Daarbij is zelfs een vleugje wielspin in vierde niet uitgesloten. De lag in de responstijd van de turbo’s is dus microscopisch, waarna de BMW ontketent waarmee Noord-Korea al eens dreigt: full-scale nuclear assault. De V8 laat duidelijk van zich horen, maar blijft te gedempt en glad. Kap naar beneden dus, om iets meer van de uitlaatsound in het interieur te krijgen.

Ramen naar beneden is ook de boodschap in de GranTurismo: die doet geluidgewijs nog altijd haren rechtop staan – in de goede zin uiteraard – al kan ook hij moeilijk verbergen dat de grootste schending van de Schauwvlieghe-norm nog steeds in de uitlaat gebeurt. Daardoor lijkt de Mazzer altijd iets meer toeren te draaien dan in feite het geval is, maar door de atmosferische vermogensopbouw is het fijn om weten dat je nog ergens 2.000 toeren achter de hand hebt.

Anderzijds verbergt dat niet helemaal dat de verzetten van de zesbak in de Maserati net iets te lang zijn. De reactietijden van diens AutoShift-automaat zijn prima, maar niet uitmuntend. Je kunt ook kiezen voor de MC Shift, een gerobotiseerde zesbak met enkele koppeling. Die reageert een fractie sneller, maar ook iets bruter. Dat doet de zeventraps-M-DCT in de M6 in z’n strafste stand overigens ook. Diens reactietijden zijn in drie verschillende standen instelbaar, maar door de dubbele koppeling sowieso uit de kunst. De gulden middenweg van de Sport-stand lijkt hier de beste optie: hij gaat misschien een fractie minder snel in het volgende verzet – al spreken we dan over milliseconden – maar laat de ‘slagen’ van de Sport Plus-stand achterwege.

Worden de wegen iets bochtiger, dan moet de Duitser zijn meerdere erkennen in de Italiaan. Toegegeven, de electro-hydraulische setup van de M6 stuurt een stuk gretiger in dan de elektrische variant van de gewone 6-Reeks en is in de Sportstand prima afgewogen, maar blijft steeds een fractie minder direct en communicatief daar waar de klassieke hydraulische GranTurismo duidelijk articuleert. Ook de rest van de rijdynamiek pleit fractioneel in het voordeel van de pure Maserati: het onderstel geeft door de lange wielbasis en verbeterde Skyhook-ophanging (die er met rasse schreden op vooruit is gegaan ten opzichte van de eerste generatie) voldoende vertrouwen in het contact met de weg. Een uitzwaaiende achterkant wordt daardoor voldoende voorspelbaar en controleerbaar. In de Sportstand is de demping van de GranTurismo iets harder, maar voor twintigduimers nog steeds prima.

Andere koek in de M6 echter: diens onderstel gooit iets meer gewicht in de schaal – en ook in de bocht – en is daardoor straffer afgeveerd (zij het opnieuw in drie standen instelbaar). De twee ton wordt goed gemaskeerd, maar het is enerzijds die straffere demping die op minder goed wegdek voor een jeukerige achterkant zorgt en anderzijds de enorme muur van koppel die ervoor zorgt dat je na de bocht net iets langer wacht met op het gas te gaan. Tenzij je een ervaren DRIFTR bent, dan kun je kiezen uit drie strengheidsgraden van de elektronische veiligheidspolitie.

Onze voorkeur gaat dus uit naar de GranTurismo. Die is communicatiever, muzikaler en scherper (al blijft er nog een duidelijk verschil met de MC Stradale) en kruist dus net iets meer juiste DRIVR-vakjes aan dan de M6 Cabrio. Toch pleiten er nog genoeg argumenten voor de Duitser: ondanks zijn eerste digitale indruk blijft de kracht onder je rechtervoet fenomenaal, en is BMW er prima in geslaagd zijn overgewicht te retoucheren. Of de 130 ontbrekende kilo’s van de M6 Coupé dan een groot verschil zouden maken? Wordt binnenkort vervolgd.

*Verwoede pogingen ten spijt zijn we er niet in geslaagd om de GranTurismo gelijktijdig met de M6 Coupé te ontlenen; daarom figureert hier een M6 Cabrio, en komen we binnenkort met een special omtrent de Coupé.

[Foto’s: Jeroen Peeters, Ken Divjak & Pieter Ameye]

BMW M6 Cabrio

Maserati GranTurismo Sport

Weggecijferd

Verdict

BMW M6 Cabrio
Maserati GranTurismo Sport