We lijken de winter nog even te moeten voelen, maar bij het zien van de Audi TT 2.0 TFSI Quattro Cabrio hopen we toch dat de zon snel begint te schijnen. Dat de derde generatie TT er opnieuw mag zijn, dat bewees de gesloten coupé al. Maar met de haren in de wind is het toch nog allemaal wat cooler. Tijdens de test was elk zonnestraaltje dat door de wolken brak dus reden genoeg om het dak open te klappen. Een verslag in vijf vragen.
Moeten we nog eens herhalen hoe knap de (virtual) cockpit is?
Ja, want in deze TT valt het hoogstandje misschien nog meer op dan in een andere Audi’s, omdat er geen tablet op het dashboard staat. De hele Virtual Cockpit laat zich bovendien vlot bedienen vanaf het stuur. De afwerking is naar goede gewoonte naadloos en alles ademt een zeker cool, vooral de ingewerkte schakelaars in de vijf windroosters. Waar deze Tourist Trophy dus binnenin een facelift heeft gekregen is er aan de buitenkant sprake van een volledig nieuwe TT. Dat die er herkenbaar, maar wel erg goed uitziet, werd al bevestigd tijdens onze test van het coupé-broertje en geldt evenzeer voor de cabrio.
Is het een meerwaarde dat het dak eraf kan?
In ons grauwe landje is het misschien niet altijd voor de hand liggend om topless te gaan, maar deze TT is gewoon gebouwd om een roadster te zijn. In onze testweek ging het dak daarom in slechts 10 seconden en tot 50 km/u af bij het zien van de minste zonnestraal. De zetel- en nekverwarming deden hun werk daarbij wonderwel. Met zijn stoffen dak en elektrisch opklapbare gestel weegt de roadster-versie ongeveer 100 kilo zwaarder. En dan kan je nog van een respectabele 280 liter in de koffer gebruik maken.
En heeft dat een effect op zijn prestaties?
Amper, of in kwartettermen 0,3 seconden ten opzichte van de coupé. De spurt naar honderd verloopt nog altijd vlot in 5,6 seconden met de automatische S-tronic zesbak. En ook al mis je soms een manuele pook, toch is het moeilijk om de veelzijdigheid van de dubbele koppelingsautomaat te evenaren. Moeiteloos schakelt hij van de ene naar de andere versnelling, zonder daarbij ook maar een kik te geven. Met het dakje ingeklapt krijg je er bovendien nog het genietbare geluid van de 2.0 TFSI bij. Die geroemde GTi-motor blijft zowel bij het rustigere, als het sportievere rijgedrag een waar genot.
Hoe sportief is het Quattro-onderstel trouwens?
De 230 paarden worden vlot in de kiem gesmoord door de Quattro. Echt verbazingwekkend is het hoe de TT aan het asfalt plakt en maar niet wil loslaten. Daardoor is het soms zoeken naar meer dan de 230 pk (tussen 4.500 en 6.200 tpm) en de 370 Nm (tussen 1.600 en 4.300 tpm), wat in het voordeel van de TT-S spreekt. Maar anderzijds maakt die zelfverzekerheid die je door het stuur voelt een echt hebbeding van de TT cabrio, zeker als het dak eraf gaat. Onze versie was er wel één met een prijskaartje van – hou je vast – 62.820 euro.
Conclusie?
De TT is opnieuw een auto die je toch even gaat nakijken. En zeker wanneer je eens geproefd hebt van zijn aangescherpte rijgedrag. Quattro en S-tronic blinken samen met de visueel verbluffende Virtual Cockpit uit in deze roadster, die je dankzij de efficiënte 2.0 TFSI perfect al daily DRIVR kan overwegen – tenminste als de kinderen het huis uit zijn. Tegelijkertijd is het onderstel zo accuraat dat een paar extra pk’s zeker niet zouden misstaan. Maar daarvoor moet je de portefeuille nog een stuk verder opentrekken.
AUDI TT 2.0 TFSI Quattro Roadster (8S)
Plus | Min |
+ Baanvastheid | – Duur hebbeding |
Weggecijferd
Motor | 2.0 vier-in-lijn turbobenzine |
Aandrijving | 4×4 |
Transmissie | 6-traps, automaat |
Vermogen | 230 pk (4.500 – 6.200 tpm) |
Koppel | 370 Nm (1.600 – 4.300 tpm) |
Gewicht | 1.310 kg |
Acceleratie (0-100 km/h) | 5,6 s |
Topsnelheid | 250 km/h |
Gem. testverbruik | 9,5 l/100 km |
CO2-uitstoot | 158 g/km |
Vanafprijs | 46.600 euro |
Verdict