Test: BMW 335d xDrive Touring

Snelle gezinswagens komen geregeld aan bod hier op DRIVR, en dat is natuurlijk niet zonder reden. Ze bieden immers het beste van beide werelden: de toegankelijkheid van een vijfdeurs en de rijsensaties van een vlotte sedan. Het spreekt voor zich dat er van beide kanten water bij de wijn gedaan moet worden, en dat maakt het net zo moeilijk om de juiste balans te vinden. BMW weet als de beste hoe je dat aanpakt – maar blijft die gedachte ook nog overeind als je een zelfontbrander met verplichte vierwielaandrijving aanstipt?

Voor we tot een conclusie komen, moeten we eerst kijken wat er allemaal nieuw is aan de 3 Reeks – te beginnen van buitenaf. De 2016 facelift zal de ontwerpers weinig stress bezorgd hebben, want in vergelijking met de vorige updates zijn de verschillen minimaal. Vooraan zie we nieuwe LED-dagrijlichten en subtiel grotere luchthappers, terwijl de lampen achteraan nu volledig met LED-diodes zijn uitgedost. En daar stopt het zowat. Maar als je langs buiten al moeilijkheden ondervond om de verschillen te spotten, wacht dan maar tot je binnenin kijkt.

Enkele nieuwe opties in de catalogus zorgen voor een grotere personaliseerbaarheid, maar voor de rest treffen we opnieuw het gekende BMW-interieur aan. Dat hoeft echter geen nadeel te heten, want op vlak van kwaliteit, afwerking en zitpositie kan je de mannen uit Beieren weinig bijleren. Ons testexemplaar, dat met een M-sportpakket is uitgerust, doet daar ook nog sportief zitmeubilair en het gekende (te dikke) M-sportstuur bovenop. De Touring-variant kan uitpakken met een stevige kofferruimte van 450 liter, uitbreidbaar tot 1.500 liter met de achterbank plat.

Weinig cosmetische upgrades dus, al verwachten we voor een snelle wagen als de 335d vooral de nodige aandacht voor de mechaniek. Deze F31 beschikt nu over een aangepaste ophanging die minder rolbewegingen toelaat, terwijl adaptieve dempers voor een aangenamere rit zorgen. De stuurservo werd aangepast voor meer feedback te geven bij een sportieve rijstijl, terwijl de optionele variabele stuurbekrachtiging losser in de pols ligt. Dat laatste is zeer goed voor dagelijks gebruik, maar doet wat afbreuk aan het vertrouwen bij hogere (bochten)snelheden.

Snelheden die trouwens geen enkel probleem vormen voor de 335d, want met 313 pk en 630 Nm is deze Touring een echte wolf in schaapskleren. Denk daar nog eens de xDrive-vierwielaandrijving bij en je hebt een stoplichtenraket die veel sportieve wagens stof laat happen. Acceleraties zijn dan ook ronduit impressionant; het kost de 335d slechts 4,8 tellen om 100 km/u op de head-up display te toveren. De 8-traps ZF-automaat weet de 3.0 reiensechs voortdurend wakker te houden, waardoor je soms vergeet dat je aan het dieselen bent.

Draagt ook bij aan die beleving: de artificiële soundtrack die in de cockpit weergalmt als je rechtervoet in actie komt. Een feature dat niet door iedereen gesmaakt wordt, al is het bij de benzinemotoren nog enigszins geloofwaardig. Bij een diesel is het dat echter niet. Enkel het verbruikscijfer kan de aanwezigheid van een zelfontbrander verklappen voor de oplettende passagiers. De door BMW opgegeven norm van 5,7 liter is bij de haren getrokken, maar met 8 liter bij normaal gebruik is er weinig reden tot klagen.

Toch zal je dat cijfer maar zelden halen, want je koopt tenslotte geen 335d om voortdurend in de eco-stand te rijden. Nee, je koopt een snelle BMW voor zijn dynamisch rijgedrag, scherpe stuurinrichting en alerte motor. Dat laatste is alvast niet verloren gegaan bij deze diesel, maar voor het dynamische aspect vreesden we een stuk meer – temeer omdat je de xDrive nu zelfs niet meer kan afvinken op de bestelbon. De ingenieurs moeten dus wel erg zeker zijn van hun stuk.

In een rechte lijn klopt dat volledig, want de 335d xDrive snelt nu maar liefst 1,2 seconden sneller naar de honderd dan zijn 330d-broertje met achterwielaandrijving. In de bochten geeft het systeem ook een snelheidsvoordeel, want de fool-proof vierwielaandrijving maakt dat je sneller op het gas kan. Die omschrijving mag je trouwens letterlijk nemen, want zelfs met uitgeschakeld ESP helpt de xDrive je probleemloos uit benarde situaties. In de regen komt het systeem dan ook het best tot zijn recht, zodat een potentieel dure uitstap van de achtertrein vermeden kan worden.

Allemaal leuk als je dat zou willen, maar het dynamische rijgedrag van een achterwielaangedreven exemplaar imiteren is niet helemaal gelukt. Dat zou op zich ook geen probleem zijn, moest BMW de xDrive vierwielaandrijving niet verplicht maken. Een wat vreemde keuze volgens ons, want dit kan de interesse voor de 335d onder de BMW-rijders alleen maar verkleinen. Hopelijk is het dan ook geen voorbode van nog meer verplichte omschakelingen bij sportieve modellen.

Een beetje zonde dus, maar op het einde van de rit valt er niet veel negatiefs te zeggen over deze 335d F31, als je tenminste akkoord bent de achterwielaandrijving op te geven en een stevige spaarcent opzij te zetten. Met een basisprijs van 54.400€ dikt de rekening immers snel aan, zeker wanneer de optielijst onder je neus geschoven wordt. In dat opzicht is de 330d misschien een interessantere keuze, aangezien die vlot 5.000€ minder kost en kan wel nog dwars mag gaan.

[Fotografie: Gerd Moors]

BMW 335d xDrive Touring

Weggecijferd

Verdict