Rijtest: BMW M850i xDrive Coupé

Snelle en uit de kluiten gewassen GT’s zijn een uitstervend ras. Zelf kunnen we grote en machtige tweedeurcoupé’s nochtans best pruimen. Met de nieuwe 8-reeks Coupé claimt BMW opnieuw te kunnen meedingen met de top van het segment. Maakt de 8 het waar?

Om dat uit te zoeken namen we de op één na snelste 8-reeks mee op een meer dan 1.000 km lange roadtrip richting de 24 Uur van de Nürburgring (N24) om op zondag terug te keren via de meanderende wegen onder de Belgische taalgrens. Met een mix van Vlaams stadsverkeer, dito snelwegen, stukjes ongelimiteerde Autobahn, uitdagende curves in en rond de Eifel en uiteindelijk ook vertrouwd terrein onder de taalgrens, zouden we de M850i in minder dan 48 uur zowat alle mogelijke scenario’s voorschotelen. De ideale manier dus om een volwaardig waardeoordeel te kunnen vellen over München’s nieuwste vlaggenschip.

Op zijn rijdynamische capaciteiten komen we later terug, net als op zijn potente twin turbo V8. Maar voor we er nog maar één meter mee gereden hebben kunnen we wel al iets zeggen over zijn looks. De 8-reeks neemt over waar de oude 6 gestopt is. Enerzijds om het model hoger te kunnen positioneren – en er dus een hoger prijskaartje op te kunnen plakken -, anderzijds omdat een constructeur zoals BMW imago-technisch een baas-boven-baasmodel nodig heeft. Dat het effectief al die tijd moeten duren heeft, is misschien nog de grootste eigenaardigheid.

De originele 8-reeks was van meet af aan een designicoon. Uniek, laag, elegant en toch gespierd, was het een coupé om ‘U’ tegen te zeggen. Zelfs meer dan 20 jaar later staat de oude 8 visueel nog steeds zijn mannetje met een tijdloos design dan tezelfdertijd uniek en toch puur BMW is. Eigenschappen waarop zijn spirituele opvolger minder aanspraak maakt. Het design mag dan wel trendy en ‘BMW anno 2019’ zijn, uniek of tijdloos is het daarom zeker niet. Daarvoor oogt de 8 te voorspelbaar en te druk, met een overdaad aan vouwen en lijnen die lang niet altijd als en homogeen geheel uit de hoek komen. Een vlaggenschip zoals de 8 moet er wat ons betreft gewoon beter uitzien. Punt.

Maar geldt dat ook voor het interieur? Waar we ons bij de oer-8 nog heel wat details voor de geest kunnen halen zoals de fel naar de bestuurder gekantelde middenconsole of unieke eenarmige hoofdsteunen, moet zijn opvolger het eerder hebben van wat (optionele) bling zoals een verlichte Swarovski-pook of iDrive-controller. Doet het vast geweldig in het Verre Oosten maar meer dan een gimmick is het uiteraard niet. Al moeten we er ook aan toevoegen dat het interieur pas helemaal in de anonimiteit verdwijnt wanneer dat soort fratsen er niet zijn. Zo laat de standaard afwerking van het pookje (gezien het prijskaartje) te wensen over. Toch maar aanvinken dus. Net als de BMW Individual-lederopties die het geheel het nodige extra cachet geven.

“Vooral de vierwielsturing is een absolute uitblinker en toont aan hoezeer BMW met de technologie progressie heeft gemaakt. De eerste systemen kwamen rijdynamisch immers een stuk minder transparant uit de hoek.”

Niet dat we voor de rest kunnen klagen hebt achter het stuur van de 8 en deze M850i in het bijzonder. Alles zit zoals gewoonlijk waar je het verwacht en qua snufjes en features kom je eigenlijk weinig of niets te kort. De attractie van deze M850i ligt uiteraard voorin waar een 4,4-liter V8 de hulp krijgt van twee turbo’s. Goed voor 530 pk en 750 Nm koppel (reeds vanaf 1.800 tpm) en een vierwielaangedreven sprint naar de honderd van nauwelijks 3,7 s. Lang niet slecht voor een flinke 2+2 van toch al gauw 1.900 kg.

Om toch nog iets of dynamisch uit de hoek te komen heeft BMW de 8 volgestouwd met technische hulpmiddeltjes die de veelzijdigheid van de coupé zouden moeten beklemtonen. Het chassis bestaat uit dubbele driehoeken voor- en een multilink achteraan, krijgt standaard de hulp van adaptieve dempers, actieve anti-rolstabilistatie (die het systeem ook ontkoppelt in rechte lijn), een variabel stuurhuis en tot slot ook vierwielsturing. Samen worden ze in het gareel gehouden door een handvol verschillende rijmodi, inclusief een ‘Active’ modus die zelf varieert aan de hand van een veelvoud van parameters.

Naar goede gewoonte een recipe for disaster met een overdaad aan functies en variabelen om er nooit een coherent aanvoelend geheel van te kunnen maken. Maar minder is waar. Ok, meer dan Comfort (Plus) en Sport (Individual) heb je eigenlijk niet nodig. Maar da manier waarop de 8 zich transformeert van luxueuze cruiser naar sportieve bochtenpikker maakt indruk. Dat heeft ‘ie enerzijds te danken aan zijn uiterst stijve en met CFRP versterkte chassis, anderzijds aan zijn veelvoud van technische hulpmiddeltjes die zijn gewicht helpen maskeren. Vooral de vierwielsturing is een absolute uitblinker en toont aan hoezeer BMW met de technologie progressie heeft gemaakt. De eerste systemen kwamen rijdynamisch immers een stuk minder transparant uit de hoek.

De 8 voelt zich met andere woorden evenzeer thuis op de Autobahn aan 200 plus als op de uitdagende binnenwegen in en rond de Eifel. En zelfs bij ons in de Ardennen staat de Beierse pletwals opvallend goed zijn mannetje. Ondanks een technisch parcours met af en toe relatief zware freinages (een plus voor de M Performance-remmen) en een getormenteerd wegdek, is er maar weinig wat het chassis van 8 echt van de wijs brengt.

Op de limiet voel je de enorme rubbers – maatje 245/35 R20 voor en 275/30 achter – soms kreunen om grip en tractie. Maar mede dankzij de xDrive-vierwielaandrijving en de 50:50 gewichtsverdeling overheerst een gevoel van controle. Samen met het krachtenarsenaal van de relatief geïsoleerde V8 wordt het op die manier af en toe zelfs nog wat speels. Al had de M850i wat ons betreft gerust ook een pure achterwielaandrijver mogen zijn.

Conclusie

Met de nieuwe 8-reeks heeft BMW een dijk van een GT neergezet die enerzijds erg comfortabel weet te zijn over lange afstand, en anderzijds meer of zijn mannetje staat in het snellere en zelfs technische bochtenwerk. De V8 toont zich daarbij vlaggenschipwaardig, maar mist wel stembereik vanwege de vele katalysators en partikelfilters. Al zijn daar aftermarket ongetwijfeld oplossingen voor.

Dynamisch spant hij de kroon binnen het genre van de grote 2+2 GT’s met de motor voorin van om en bij de 100 a 150.000 euro, terwijl zijn ophanging comfortabeler weet te zijn dan die van de Lexus LC 500(h) of Maserati GranTurismo. De Mercedes S-Coupé is dan weer een stuk luxueuzer en meer vorstelijk afgewerkt maar komt qua rijdynamiek niet in de buurt van deze 8. Doorn in de 20-duimsvelg blijft uiteraard de Porsche 911. Maar aangezien niet iedereen een Porsche wil is de 8-reeks een uitstekend alternatief voor wie op zoek is naar een modern multitalent in een klassiek omhulsel.

BMW M850i xDrive (2019)
MOTOR: V8, bi-turbobenzine, CILINDERINHOUD: 4.395 cc, MAX. VERMOGEN: 530 pk (tussen 5.500 – 6.000 tpm), MAX. KOPPEL: 750 Nm (tussen 1.800-4.600 tpm), AFMETINGEN L/B/H: 4,85/1,90/1,35 m, GEWICHT: 1.890 kg, VERSNELLINGEN: 8, automaat, AANDRIJVING: vier wielen (niet permanent), OPGEGEVEN VERBRUIK: 10,0 l/100 km (228 g CO2/km), BANDEN: 245/35 R20 – 275/30 R20, TOPSNELHEID: 250 km/u (elektronisch begrensd), 0-100 KM/H: 3,7 s, VANAFPRIJS: 130.000 euro, SCORE: 4,5/5