Share a little biographical information to fill out your profile. This may be shown publicly.

 

We sturen je per e-mail een wachtwoord toe. Soms komt deze e-mail in je spambox terecht.

Wie vroeger een 3-Reeks met het getal ‘30’ in de typebenaming had, die had met zekerheid een puike rijdersauto in zijn bezit. Om na te gaan of die regel ook in 2020 nog geldt, hebben we alle G20-modellen met een ‘30’-motorisering eens op een rijtje gezet.

De conclusie van onze test met de nieuwe M340i (rijtest) was duidelijk: potig en potent maar niet in staat om je nekharen rechtop te doen veren, tenzij dan van de prijs die tussen de 65.000 en de 90.000 euro full-option schippert. Gelukkig is het gamma van de huidige 3-Reeks dermate breed dat er allicht nog andere kandidaten zijn die de klassieke Dreier-receptuur beter naar voren brengen. In het verleden – toen de M Performance-derivaten nog niet bestonden – was die rol doorgaans weggelegd voor de 330i, met zijn boterzachte Reihensechs en standaard handbak met zes verzetten.

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_112020_bmw_330i_330e_330d_g20_122020_bmw_330i_330e_330d_g20_21

Met de ‘i’ van Model 3

Zoals wel meer zaken wordt de wijn anno 2020 niet meer zo klaar geschonken als weleer. Vandaag staat er immers niet één zo’n 330 in de catalogus, maar zijn het er drie geworden: de 330i, de 330e en de de 330d. Beginnen doen we met de eerste, die traditioneel het meeste rijplezier belooft. Alleen is de 330i van vroeger ook niet meer die van vandaag, omdat de 3,0-liter ook hier vervangen is door een een geblazen tweeliter van 258 pk die enkel met een automatische achtbak te combineren valt.

Toegegeven, op papier krijg je voor minimaal 44.600 euro nog steeds een sprintkanon dat de 100 km/u-grens in 5,8 seconden kraakt en doorhaalt tot de gekende top van 250 km/u, maar in de praktijk is de zaak genuanceerder.

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_13

Omdat BMW er met de nieuwe 3 naar streeft om een soort van Model 3 met een verbrandingsmotor aan te bieden, moet je eerst door een dikke laag digitalisering heen om de rijdersmachine eronder te vinden. Betekent dat je ook hier met allerhande driving profiles en settings aan de slag moet, om de zaak uiteindelijk toch in zijn standaardsetting te laten staan.

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_08

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_092020_bmw_330i_330e_330d_g20_01

Daarin toont de berline zich nog steeds gewillig – met goede stuurreacties en overstuur on-demand – maar ook gecompromitteerd door de gebruikte aandrijflijn. Die heeft immers al het charisma van een ambtenaar, terwijl de koppelomvormer van ZF minder goed bij de viercilinder benzine past en te sterk op eco-driving geënt is om echt te overtuigen.

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_022020_bmw_330i_330e_330d_g20_15

Beter als ‘e’

De 330e PHEV past daar een mouw aan door de vlakke turbobenzine te complementeren met een accupakket van 12 kWu, met een systeemvermogen van 254 pk (of 292 pk gedurende 10 seconden in overboost) en een elektrische autonomie van maximaal 66 km (volgens WLTP). In ruil vraagt München 7.850 euro extra, maar levert zo ook een auto af met een aandrijflijn die standvastiger overkomt en niet constant door de verzetten moet schuifelen op zoek naar vermogen.

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_04

Het torque-fill idee van de elektromotor werkt dus zeker, maar voegt automatisch ook gewicht toe aan het recept. Een noodzakelijk kwaad dat weliswaar fiscaal voordeel oplevert, maar zeker geen extra rijdynamiek ontsluit.

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_17

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_202020_bmw_330i_330e_330d_g20_192020_bmw_330i_330e_330d_g20_22

Als plug-in weegt de 330e immers 1,8 ton, wat zich logischerwijs in de bocht laat voelen. Doe daar nog wat oneffenheden of een diepe zonk bij en de PHEV stuitert waar de 330i snijdt. Voor de extra finesse in motor en aandrijflijn moet je bijgevolg aan bochtenkunde inboeten, ook al blijven de rechtuitprestaties indrukwekkend.

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_232020_bmw_330i_330e_330d_g20_05

Dat het stuur ook hier te dik van naaf is en de feedback te karig, is ondertussen een gekend BMW-euvel. Maar misschien nog opvallender is dat het dynamische plaatje van de 330e nog feller verwatert als de accu’s leeg zijn. Dan zit je immers opgescheept met een 330i die heel wat onnodige ballast meetorst en eerder dorstig dan atletisch voor de dag komt.

Uitmuntend als ‘d’

En nu we het toch over torsen hebben: sinds deze generatie zijn álle 330-motoriseringen als breakversie beschikbaar, dus ook de 330e. Toch heeft de combinatie Touring en Turbodiesel nog steeds iets onweerstaanbaars, zeker met 265 pk en wel 580 Nm onder de kap.

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_16

Beter nog: naast de M340i (Touring) is dit de enige motorisering die nog met een zescilinder-in-lijn te hebben is. Nota bene eentje die zich prima verstaat met de achttrapsautomaat van ZF, die altijd beter met een potige zelfontbrander heeft gewerkt dan met een gedowntunede benzine. En omdat de 330d nog steeds aanzien wordt als een echte kilometervreter, hoef je de opzichte M-addenda er ook niet verplicht bij te nemen voor een basisprijs van 50.400 euro. Voor de breakversie komt er 1.600 euro bij, vierwielaandrijving kost nog eens 2.550 euro extra.

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_10

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_182020_bmw_330i_330e_330d_g20_07

Wat ons betreft is de 330d xDrive Touring dan ook de meest complete 3-Reeks die we tot nog toe gereden hebben: voldoende ruim, opvallend zuinig en meer dan snel genoeg met een 0-100 tijd van 5,4 seconden en nog indrukwekkendere tussensprints. Het samenspel tussen motor en bak is ook nog steeds uit de kunst, de adaptieve dempers in comfort meer dan capabel om België klein te krijgen. Of hoe de verguisde brandstofsoort het wederom flikt in een veld van nieuwe brandstoffen, die duidelijk beter aan de wetten beantwoorden dan aan de wensen van actieve bestuurders.

2020_bmw_330i_330e_330d_g20_14

Wie nog meer wil, kan binnenkort trouwens terecht bij de M340d (Touring), die daar nog 75 paarden en 120 koppelmomenten bovenop doet voor een totaal van 340 pk en 700 Nm – maar ook een prijskaartje dat met 13.600 euro stijgt. En de slimmerik? Die koopt zich gewoon een 320d met achterwielaandrijving om de kerk perfect in het midden te houden, naar wens zelfs met een handbak.

BMW 330i Berline (2020) (G20)
MOTOR: vier-in-lijn, turbobenzine, CILINDERINHOUD: 1.998 cc, MAX. VERMOGEN: 258 pk (tussen 5.000-6.500 tpm), MAX. KOPPEL: 400 Nm (tussen 1.550-4.400 tpm), AFMETINGEN L/B/H: 4,71/1,82/1,44 m, GEWICHT: 1.470 kg, VERSNELLINGEN: 8, automaat, AANDRIJVING: achterwielaandrijving, OPGEGEVEN VERBRUIK: 5,8 – 6,1 l/100 km (132 – 138 g CO2/km), BANDEN: 225/50 R17 (rondom), TOPSNELHEID: 250 km/u (elektronisch begrensd), 0-100 KM/H: 5,5 s, VANAFPRIJS: 44.600 euro, SCORE: 3,5/5


BMW 330e Berline PHEV (2020) (G20)
MOTOR: vier-in-lijn, turbobenzine + elektromotor, CILINDERINHOUD: 1.998 cc, MAX. SYSTEEMVERMOGEN: 292 pk, MAX. SYSTEEMKOPPEL: 420 Nm, AFMETINGEN L/B/H: 4,71/1,82/1,44 m, GEWICHT: 1.740 kg, VERSNELLINGEN: 8, automaat, AANDRIJVING: achterwielaandrijving, OPGEGEVEN VERBRUIK: 1,6 – 1,9 l/100 km (36 – 42 g CO2/km), BANDEN: 225/50 R17 (rondom), TOPSNELHEID: 230 km/u (elektronisch begrensd), 0-100 KM/H: 5,9 s, VANAFPRIJS: 52.450 euro, SCORE: 3,5/5


BMW 330d xDrive Touring (2020) (G21)
MOTOR: zes-in-lijn, turbodiesel, CILINDERINHOUD: 2.993 cc, MAX. VERMOGEN: 265 pk (bij 4.000 tpm), MAX. KOPPEL: 580 Nm (tussen 1.750-2.750 tpm), AFMETINGEN L/B/H: 4,72/1,82/1,45 m, GEWICHT: 1.745 kg, VERSNELLINGEN: 8, automaat, AANDRIJVING: vierwielaandrijving (niet permanent), OPGEGEVEN VERBRUIK: 5,4 – 5,6 l/100 km (140 – 146 g CO2/km), BANDEN: 225/50 R17 (rondom), TOPSNELHEID: 250 km/u (elektronisch begrensd), 0-100 KM/H: 5,4 s, VANAFPRIJS: 54.550 euro, SCORE: 4/5

MEER LEZEN

BMW lanceert M340d xDrive Berline & Touring (2020)

Rijtest: BMW M340i xDrive Berline (2019)

BMW lost details over aanstaande 4-reeks Coupé