Het mag een klein toeval heten dat de volg- en camerawagen van de allereerste #DRIVRrit meteen ook konden fungeren als uitdagers in een ShootOut. Hengelden we namelijk oorspronkelijk naar de sleutels van een nagelnieuwe F-Type Coupé, dan bood de Belgische Jaguar-importeur ons deze XF met drieliter, compressor en vierwielaandrijving aan. Handiger voor fotograaf Bert dus, en ideaal om te laten sparren tegen de Ghibli S Q4, de drieliter biturbo met vierwielaandrijving van Il Tridente.
Meteen van de start is dan ook duidelijk dat het om eerder atypische incarnaties van de Maserati Ghibli en de Jaguar XF gaat. De Ghibli is namelijk eerst en vooral verkrijgbaar met 275 pk sterke drieliter dieselmotor, een configuratie die de verkoop van het Italiaanse merk tegen 2015 moet verdrievoudigen. De benzine-V6 zal dus een zeldzamer zicht zijn op onze wegen, zowel in 330 pk-versie als in 410 pk en 550 Nm sterke S-versie. Onze S Q4 doet er dan nog eens vierwielaandrijving bovenop, die via een elektronisch gecontroleerde natte meerschijvenkoppeling in 150 milliseconden tot 50 procent van het vermogen van de achterwielen naar de voorwielen loodst, maar die eveneens 60 kilogram extra gewicht toevoegt.
Qua zeldzaamheid hoeft de Jaguar echter geen lessen te krijgen van de Maserati: de XF 3.0 AWD is bijvoorbeeld niet eens verkrijgbaar op de Britse thuismarkt. Coventry mikt met de vierwielaangedreven XF – en bij uitbreiding ook de XJ – voornamelijk op de Noord-Amerikaanse markt, waar tot 50 procent van de verkoop over AWD-modellen gaat. Ook hier legt een natte meerschijvenkoppeling de hoofdmoot op de achteras, en kan in 100 milliseconden tot 50 procent van het vermogen naar de voorwielen, en in meer extreme omstandigheden zelfs tot 90 procent. Uiterst geschikt om de 340 pk en 450 Nm in minder ideaal weer aan de grond te krijgen, maar met 110 kilogram extra helaas ook nefast voor het gewicht.
Dat gewicht weet de Ghibli op papier aardig te verbergen: de klassieke 0-tot-100-sprint legt hij af in 4,8 seconden, twee tienden sneller dan de achterwielaangedreven S, en stoppen doet de S Q4 pas bij 284 kilometer per uur. De vermogensopbouw gebeurt haast lineair, en de sensaties worden gedomineerd door het motorgeluid, dat door gegoochel in de uitlaatlijn en ondanks twee turbo’s als een typische Maserati klinkt. De trekkracht is dus feilloos, en ook opschakelen doet de Ghibli voldoende snel, dankzij de grote vaste schakellepels op de stuurkolom.
De 70 pk en 100 Nm die de XF op de Ghibli moet toegeven, vertalen zich ook op papier: niet alleen doet de Jaguar anderhalve seconde langer over de stoplichtsprint, hij laat ook elke vorm van sensatie waar je enigszins op hoopt volledig achterwege. De 3.0 V6 klinkt muzikaal maar te allen tijde gedempt, en lijkt te moeten werken voor het extra gewicht dat hij ten opzichte van de achterwielaangedreven versie meetorst, waardoor hij nooit echt sportief of potent uit de hoek komt – zelfs niet wanneer je toeren maakt. Jammer ook dat je vingers steeds op zoek moeten naar de kleine schakelpeddels, die wat lijken te verdwijnen achter het stuurwiel.
Datzelfde stuurwiel valt in beide opponenten nogal licht uit – in de Jaguar XF naar huidige maatstaven zelfs opvallend licht – en strooit karig met feedback. Terwijl het stuur in de Ghibli met Poltrona Frau-leder nogal vlezig en niet echt aangenaam in de hand ligt, is het nog voldoende precies en voelt het nog behoorlijk consistent en snel aan. Omgekeerde situatie in de Jaguar dan weer: de stuurvelg is daar iets dunner, maar qua directheid en snelheid blijf je op je honger zitten. Al lijkt de tand des tijds er volgens ons ook hier voor iets tussen te zitten, want de XF is ondertussen al zeven jaar op de markt.
Daardoor is insturen bij de 3.0 AWD meer op blind faith gebaseerd dan op tactiliteit, met af en toe een kleine stuurcorrectie om de zacht wegzinkende voortrein beter aan te voelen. Op snelheid word je je dan weer terdege bewust van het meergewicht van de vierwielaandrijving; de lichtvoetigheid die we bij de gewone XF bewierookten, blijkt hier vervangen door loggere sensaties. Het onderstel van de S Q4 blijft dan weer levendiger aanvoelen. Na het insturen kun je vroeg terug op het gas, waarbij de achterkant zich meer zet en je voldoende vertrouwen geeft bij het uitaccelereren. Op oneffen wegdek is de XF door zijn gewicht het meest sure-footed van de twee en durft de Ghibli iets meer te zweven, maar zonder serieuze provocatie van de bestuurder zitten beide kemphanen nooit om grip verlegen.
Wie een DRIVR-gerichte keuze wil maken, zal bij Maserati aan het juistere adres zijn, maar zal ook iets meer door de vingers moeten zien. De aandrijflijn ademt misschien wel het karakter dat bij de Jaguar ontbeert, maar de Ghibli S Q4 stelt je wel voor een dubbele keuze: wil je bijna 30.000 euro extra opleggen om voor die meerprijs geconfronteerd te worden met gerecycleerde bedieningselementen uit de Chrysler-rekken en een afwerking die her en der steken laat vallen? Wie zich daar niet in kan vinden, vindt allicht zijn gading in de stilaan vergrijzende XF 3.0 AWD. Die presenteert een homogenere kwaliteitsindruk, al is hij in AWD-configuratie een eerder gereserveerd cruiser. Een configuratie die in onze contreien eerder zelden aangevinkt zal worden, en misschien maar goed ook.
[Foto’s: Bert Claes]
MASERATI Ghibli S Q4
Plus | Min |
+ Onvervalst Maserati-hart… |
– …met Chrysler-organen |
JAGUAR XF 3.0 V6 AWD
Plus | Min |
+ Grace & space… | – …maar minder pace door AWD |
Weggecijferd
Maserati Ghibli | Jaguar XF |
|
Motor | 3.0 V6, biturbo | 3.0 V6, supercharged |
Aandrijving | 4×4 | 4×4 |
Overbrenging | 8-traps, automaat | 8-traps, automaat |
Vermogen | 410 pk (@ 5.500 tpm) | 340 pk (@ 6.500 tpm) |
Koppel | 550 Nm (@ 1.750-5.000 tpm) | 450 Nm (@ 3.500-5.000 tpm) |
Gewicht | 1.870 kg | 1.880 kg |
Acceleratie (0-100 km/h) | 4,8 s | 6,4 s |
Topsnelheid | 284 km/h | 250 km/h (begrensd) |
Gem. testverbruik | 15,8 l/100 km | 12,3 l/100 km |
C02-uitstoot | 246 g/km | 229 g/km |
Vanafprijs | 85.063 euro | 56.800 euro |
Verdict
Maserati Ghibli S Q4 | |
Jaguar XF 3.0 V6 AWD |