Op het tijd van schrijven zijn de tranen bij Toyota nog steeds niet opgedroogd. Een haast zekere overwinning op minder dan vijf minuten van het einde uit handen geven; nachtmerries zijn er niks tegen. Helemaal wordt het gek, als je doorheen de jaren al vaker af te rekenen kreeg met pech op weg naar die eerste overwinning op Le Mans. Met uitzondering van de editie van ’69, gaat het hier wel om het meest verrassende slot van de illustere vierentwintiguursrace. Eentje waar zelfs de volledige Hollywood-delegatie, inclusief Brad Pitt, Jason Statham en co, met grote ogen naar hebben gekeken. Een wereldschokkende race als deze vraagt dan wel om een grondige reflectie.
Eens het ongeloof min of weer was weggeëbd, kwam er meteen een vraag in me op: “Wat gaat er nu bij Toyota gebeuren?”. De pijnlijke nederlaag zorgde er niet alleen voor dat de eerste plek verloren ging, de uitvallende nummer 5 werd uiteindelijk ook niet opgenomen in de einduitslag – hij had zijn laatste rondje niet binnen de limiet van 6 minuten kunnen afronden. Resultaat: geen (zeer belangrijke!) punten voor het kampioenschap. Gaat Toyota ondanks alle tegenslagen toch, zoals we dat van hen gewend zijn, opnieuw met volle moed de strijd eens het volgende seizoen aanbreekt? Of komt er dan toch een stop op de eindeloze investeringskraan? Hun gloednieuwe TS050 bleek vanaf het eerste jaar bijzonder snel en – toch voor 23 uren en 55 minuten – min of meer betrouwbaar. Maar is de TS050 ook future proof genoeg om de innoverende concurrentie in 2017 nog af te houden? De TS040 was immers in 2014 ook plots hopeloos achterhaald. Heeft de TS050 zijn beste peilen reeds verspeeld of leert Toyota uit hun fouten?
Het volgend vraagstuk is mogelijks nog moeilijker. Bij Porsche mag dezer dagen de champagne dan wel rijkelijk vloeien, ze mogen niet vergeten dat hun 18e algemene overwinning een onverhoopte is geweest. In de loop van 2015, nota bene ook op Le Mans, ontpopte de 919 Hybrid zich als alleenheerser. De wagen werd betrouwbaar en pijlsnel, met een topsnelheid die zelfs de Audi’s duizelig achterliet. Steunend op de verworven eigenschappen evolueerde de 919 amper in aanloop naar seizoen 2016. De wagen weet nog steeds snelle kwalificatierondjes neer te zetten, maar de rest van de kudde loopt intussen minstens even snel mee. ‘s Nachts was de 919 sneller dan de Toyota, al trok Toyota het laken snel weer naar zich toe eens de temperatuur wat steeg. Waarbij Toyota telkens een ronde langer op de baan bleef, alvorens de pits in te duiken. Porsche rust dus beter niet op zijn lauweren en moet deze overwinning niet alleen zien als een opportuniteit om meer (viercilinder) Boxsters en Caymans te slijten, maar ook om een ontwikkelingsbudget voor een nieuwe wagen los te peuteren. Met zijn drie lentes is de 919 immers de senior van de huidige LMP1’s.
En dan hebben we het nog niet over Audi gehad. In diens stal heeft dominantie plaats moeten maken voor ongerustheid. Het keizerrijk is na 13 overwinningen plots aan het wankelen gebracht. In 2009 was er een korte speldenprik van de snelle Peugeot 908, die de jaren erna snel de kiem in werd gesmoord. Maar nu er echt flinke concurrentie op de proppen is gekomen, moet Audi meermaals het hoofd buigen en tijdelijk de kroon afgeven. Gegeven de besparingsgolf – met ‘dieselgate’ en twee nederlagen op rij als verantwoordelijken -, is het LMP1-project misschien wel het volgende dat ten huize VAG in vraag zal worden gesteld?
En waarom Brad Pitt daar nu aanwezig was? Het duel tussen Ferrari en Ford dat Le Mans tijdens de tweede helft van de jaren ’60 in de ban hield, geniet nu ook de volle interesse van Hollywood. Die historische strijd werd bij de GT’s nog eens fijntjes overgedaan en dan niet alleen on track. Na de overwinning van Ford, diende het Ferrari-team ‘Risi Competizione’ klacht in tegen het ‘Ford Chip Ganassi Racing Team USA’, waarop Ford op hun beurt ook een klacht indiende tegen Risi Competizione. Wie de bal kaatst…
Uiteindelijk werden beide klachten ontvankelijk verklaard en wijzigde de uitslag zodoende niet. Niettemin is de concurrentie zéér ontevreden met de nagelnieuwe, erg snelle, en tevens knappe, Ford GT, die qua prestaties zelfs te dicht bij een LMP2 zou aanleunen. Maar of bijvoorbeeld Porsche, die in de coulissen een geblazen middenmotor 911 (GT? à la 911 993 GT uit de jaren ‘90) zouden hebben, veel reden tot klagen over spelvervalsing heeft?
Wat nemen we nu mee naar huis? Le Mans duurt 24 uur en Porsche heeft de druk steeds mooi aangehouden. Het kan dus eigenlijk wel met recht en rede een trofee aan de rijkgevulde prijzenkast toevoegen, al zullen er slechts weinigen zijn die het Toyota, na al die uren (en jaren), niet hadden gegund. Niet alleen zou dit een mooie bekroning voor Toyota zijn geweest, het had mogelijk ook anderen – lezen jullie mee Honda, BMW en Jaguar? – kunnen overtuigen een LMP1-project te lanceren. Want als de editie van dit jaar iets heeft duidelijk gemaakt, dan is het wel dat Le Mans één van de mooiste en meest onvoorspelbare races op aarde is. In de GT-klasse lijken we alvast vertrokken voor enkele mooie jaren. Nu nog hopen dat de huidige LMP1’s er voluit voor blijven gaan en zodoende hun concollega’s op ideeën zullen brengen.