De Alfa Romeo Giulia heeft geen inleiding meer nodig. Het Italiaanse antwoord op de gevestigde (Duitse) waarden passeerde al eerder de revue op DRIVR. Collega Arthur ging eind vorig jaar namelijk al even op pad met de 180 pk-versie van de D-segmenter. Deze keer was het aan ondertekende om een week lang de knuisten om het stuur van de instapdiesel te draperen. Maar of de fiscaal interessantere versie ons ook wist te charmeren?
Brugge, Venetië van het Noorden. Geen betere plaats om de Giulia op de gevoelige plaat te leggen, vermits het geraffineerde lijnenspel van het koetswerk zich verrassend goed laat combineren met de charme van de oude binnenstad. Ik sta er eigenlijk nog steeds van te gapen, onder de indruk van hoe die verdomde Italianen gepresteerd hebben wat anderen kennelijk niet meer schijnt te lukken: hun bolide een eigen identiteit meegeven, waardoor-ie niet in de massa opgaat die naar de naam eenheidsworst luistert. Of het rijgedrag ook bakens weet te verleggen?
In de nauwe straatjes valt de directheid van het stuur onmiddellijk op. Met de DNA-knop in standje Normal is het stuur echt wel al bij de pinken. Net als de rest van de auto trouwens, klaar om de bevelen van de bestuurder op te volgen. Trouw als een hond en sneller dan zijn schaduw. Het strak afgestelde onderstel absorbeert toch opvallend soepel de vele kinderkopkes die Brugge rijk is. Bij koudstart hamert de 2.2 liter grote turbodiesel zich een weg tot in het interieur, al blijft het binnen een aanvaardbaar niveau. Eenmaal op bedrijfstemperatuur laat de krachtbron zich enkel horen als de rechtervoet om vermogen vraagt. De automatische achtversnellingsbak van ZF is al evenzeer bij de pinken en laat zich slechts bij uitzondering op een foutje te betrappen.
Duw je het rechterpedaal tot tegen de vloermat, dan passeert de naald de honderd na een goeie negen tellen. Daarmee moet de dichtgeknepen variant qua versnelling niet veel onderdoen voor zijn vrijer ademende broer. Al is accelereren niet echt het goede woord. Het is eerder voortgestuwd worden door het royaal aanwezige koppel dat nog steeds 450 newtonmeters sterk is. Moet het echt vooruit gaan? Evenmin een probleem. Voet tegen de plank en manueel opschakelen voor de toerenteller aan 2.700 tpm komt. Dan profiteer je optimaal van het aanwezige koppel en blijft de 1-PKZ-665 schijnbaar moeiteloos voort stomen. Zelfs in die mate dat het verschil met potigere concurrenten niet echt opvalt.
Zodra we het stadscentrum van die Schone verlaten en meer open terrein komen, gaat het tempo gestaag de hoogte in. Dezelfde carbon aandrijfas die ook in de Quadrifoglio Verde gemonteerd is zorgt ervoor dat het vermogen naar de achterste wielen gaat. En dat laat zich merken zodra de eerste bocht zich aandient. Met een draai gaat de DNA-knop in Dynamic, waarna het lijkt alsof het stuur nog wat directer wordt door de extra weerstand. Al hebben ze hier ondertussen al aan gesleuteld in Turijn, want het is niet meer te zwaar als eind vorig jaar bij Arthur nog het geval was.
Terwijl mijn ogen de volgende bocht nog aan het observeren zijn, heeft de Giulia die ogenschijnlijk al achter zich gelaten en is die al op de uitkijk naar de volgende zwieper in het asfalt. De goesting van deze bolide om bochten te verslinden is aanstekelijk. Zolang het wegdek droog is hebben de 245 mm brede rubbers op de optionele 18 duimsvelgen geen enkel probleem om het vermogen aan de straat kwijt te geraken. Ligt het nat, dan dient de elektronica in te grijpen. En of je het nu wil of niet, die doet dat zonder verpinken. Er had in dynamic mode gerust wat meer vrijheid mogen zijn, want elk beetje gripverlies wordt afgestraft door het toeknijpen van het vermogen.
Is er daarbuiten dan niets om over te klagen? Toch wel. De afwerking van de cockpit is goed, maar niet op het niveau dat ze in Duitsland bereiken. Het grootste minpunt zijn de voorste stoelen. Die zitten niet slecht, maar hadden gerust wat meer steun in de onderrug en aan de bovenbenen mogen bieden. De tik die je hoort bij het wisselen van de automatische naar de manuele bakstand doet ook erg goedkoop aan. En dan is er nog de elektronica die niet altijd mee wou werken. Geen krakende radio hier, wel een achteruitrijcamera waarvan het beeld een keer op vijf slechts voor de helft te zien was. De bovenste helft van het beeld bleef trouw de kaart van de gps weergeven. En het verbruik ligt best wel hoog in vergelijking met wat de constructeur opgeeft. Zelfs bij een bewuste eco-run bleef de boordcomputer steken op 5.0 liter. En dat is toch ruim boven het opgegeven gemiddelde verbruik van 4.2 liter per 100 km. Bij een normale rijstijl mag je rekenen op 6 à 6.5 l/100 km. Met een tank van 52 liter kom je daarmee ‘maar’ een goede 800 km ver.
De conclusie? Ook het instapmodel van de Giulia blijft trouw aan de krijtlijnen die door de QV zijn uitgestippeld. Het is een wagen voor DRIVR‘s, voor zij die graag hebben dat hun auto alert is en onmiddellijk op elk commando reageert. Net zoals de cruise-controle doet. Geef je met een tik tegen de knop aan dat de snelheid enkele kilometers per uur hoger mag? Dan gebeurt ook dat instant. Voor passagiers niet altijd even comfortabel, maar wel bij de pinken. Alfa vraagt 34.290 euro voor de 136 paarden sterke variant van de 2.2 liter diesel met automaat. En daarmee is hij net iets goedkoper dan zijn voornaamste concurrenten. Zet maar voor de deur, in Blu Montecarlo met de Luxury 18-duimers graag. Grazie mille.
ALFA ROMEO Giulia 2.2 diesel 136 pk Automaat
Plus | Min |
+ Rijdt zoals-ie eruit ziet. | – Al laat de afwerking soms wat steken vallen |
Weggecijferd
Motor | 2.2 JTDM 136 |
Aandrijving | Achterwielen |
Transmissie | Automaat, acht trappen |
Vermogen | 136 pk |
Koppel | 450 Nm |
Gewicht | 1.445 kg |
Acceleratie (0-100 km/h) | 9.5 s |
Topsnelheid | 210 km/u |
Gem. testverbruik | 4,2 l/100 km |
CO2-uitstoot | 109 g/km |
Basisprijs | 34.290 € |
Verdict