Ken Divjak
Het heeft even geduurd (tien maanden om precies te zijn) maar we hebben eindelijk met een versie van de nieuwe Focus gereden waar DRIVRs over willen lezen: de 1.5 EcoBoost 182 pk met ST-Line en handbak. Nog even de snelste variant in het nieuwe Focus-gamma, tot de volwaardige ST in de zomer arriveert. Dus zullen we de formaliteiten maar skippen en snel achter het afgeplatte stuur kruipen vooraleer de Sport Technologies alle aandacht opeist?
Ho, niet te snel. Leg misschien eerst het verschil tussen ST en ST-Line eens uit, alstublieft.
In de basis is de ST-Line gewoon een sportief uitrustingsniveau dat je op quasi alle motoriseringen (vanaf 120 pk) kan krijgen. Denk aan een agressievere achterdiffuser, een opvallendere dakspoiler en grotere openingen in de voorbumper om de koeling te verbeteren. Vanbinnen herken je de sportversie vooral aan het afgeplatte sportstuur met rode stiksels, de carbonafwerking en stoelen die iets meer steun bieden.
De 1.5 EcoBoost 182 ST-Line is evenwel een apart geval, dat ook mechanisch onder handen is genomen. Zo ligt diens koetswerk 10 millimeter lager, doen er andere dempers en veren dienst en zijn de stabilisatorstangen specifiek. En dan is er natuurlijk nog de driecilinder turbobenzine, die op 18 paarden na identiek is aan die in de Fiesta ST, gekoppeld aan een manuele zesbak met kortere slagen. Van alle ‘Lines’ die er ondertussen op de markt zijn, is de inzending van Ford dus de meest volledige.
Klinkt bijna alsof dit een Fiesta ST met iets minder vermogen en iets meer ruimte is?
Daar is zeker iets van, ook al is het antwoord genuanceerder. Om te beginnen staat de vierde generatie Focus als eerste Ford op het nieuwe C2-platform, dat 80 kg lichter is maar ook 20% stijver. Tussen de achterwielen van de 1.5 zit er ook geen torsie-as met force vectoring-veren zoals bij de Fiesta ST, maar een onafhankelijke ophanging die het weggedrag rustiger maakt. Bovendien is het stemvolume van de driepitter met cilinderuitschakeling een paar standen teruggedraaid om niet zo schreeuwerig over te komen.
Daardoor rijdt de Focus 1.5 ST-Line een stuk volwassener dan de Fiesta ST (rijtest), maar ook een stuk serener. 0 tot 100 kan naar wens in 8,3 seconden, terwijl de top toch 222 km/u bedraagt. En sturen, dat doet de Focus nog altijd even scherp. Niet meer met zoveel gevoel als weleer (mede door de sterke terugkeerneiging van het stuur), maar wel met genoeg vertrouwen om het onderste uit de kan te halen. Verwacht alleen niet dat de Focus even makkelijk een pootje licht als de Fiesta ST, die toch nog een stuk gefocuster is.
Verder nog iets dat de actieve chauffeur moet weten?
Dat de manuele zesbak echt een plezier is om te gebruiken, waardoor de achttrapsautomaat plots erg duur en overbodig lijkt. Maar ook dat de stoelen – ondanks hun sportievere vorm – toch niet steunen zoals een stel Recaro’s, die aan de ST en RS’en voorbehouden blijven. En dan zijn er nog de pedalen, die niet alleen te breed opgesteld staan om te tip-hielen maar ook nog een zo direct aangrijpen dat je de eerste dagen al eens stilvalt of per ongeluk met je neus tegen het stuur kwakt. Bij wijze van spreken, natuurlijk.
Verder blijft de Focus vooral een praktische hatchback die vanbinnen nog ruimer is geworden, terwijl de lijst met veiligheidssnufjes alleen maar langer is geworden. Helaas heeft de digitalisering ook voor een verplichte sportknop gezorgd, die het gaspedaal in Sport nog nerveuzer maakt maar het stuurgevoel zeker niet transparanter. Het compromis tussen comfort en sportiviteit is wel uit de kunst, zelfs op de standaard dempers. Adaptieve exemplaren behoren voortaan ook tot de mogelijkheden, maar een knop om alle parameters individueel in te stellen ontbreekt.
Conclusie?
Wie de Fiesta ST te stug en te nerveus vindt voor dagelijks gebruik, die zal dit alternatief in Focus-formaat zeker kunnen smaken. Natuurlijk zijn de scherpe kantjes er vanaf gevijld, maar in de basis blijft de nieuwe Focus trouw aan zijn credo van best sturende hatchback in het C-segment – zeker met de karaktervolle 1.5 turbobenzine.
Als ST-Line met 182 paarden komt die roeping voorlopig het best tot uiting, ook al moet je daar minstens 27.835 euro voor ophoesten. In ruil krijg je een wagen die desgewenst op twee cilinders door de stad keuvelt, maar even makkelijk een bergpas met volle overtuiging attaqueert. Weliswaar zonder het mechanische sperdifferentieel dat de Fiesta ST Performance zo alert doet aanvoelen, maar daarom niet met minder overtuiging.
FORD Focus 1.5 EcoBoost 182 ST-line (business) (2019)
MOTOR: drie-in-lijn, turbo, CILINDERINHOUD: 1.497 cc, MAX. VERMOGEN: 182 pk (bij 6.000 tpm), MAX. KOPPEL: 240 Nm (vanaf 1.600 tpm), AFMETINGEN L/B/H: 4,38/1,82/1,47 m, LEEGGEWICHT: 1.369 kg, VERSNELLINGEN: 6, manueel, AANDRIJVING: voorwielaandrijving, Banden: 235/40 R18 (rondom), OPGEGEVEN VERBRUIK: 5,5 l/100 km (124 g CO2/km) (NEDC), TOPSNELHEID: 222 km/u, 0-100 KM/H: 8,3 s, VANAFPRIJS: 27.835 euro, SCORE: 4/5