Collega Ken mocht reeds de Z4 M40i aan de tand voelen. Maar hoe zit het met het instapmodel sDrive20i?
Best een relevante vraag aangezien het leeuwendeel van de bij ons verkochte Z4’s er eentje met een geblazen viercilinder zal zijn, beter dan de halfbakken M-variant met dikke zes-in-lijn. Een tegenslag voor de liefhebbers en puristen die in een niet zo ver verleden dergelijke hardware ook in de wat meer bereikbare versies konden vinden. Maar dat is nu eenmaal de tol van de euh vooruitgang. Wie manueel wil schakelen is sowieso verbonden aan de 20i, daar het de enige variant is die nog met een handgeschakelde zesbak verkrijgbaar is. Wij reden echter de versie met optionele ZF 8-trapsautomaat (+2.400 euro). Op zich ook geen straf.
Tikkeltje eleganter
Ondanks de gewonnen sportiviteit is en blijft de Z4 in de eerste plaats een sportieve cruiser, beter dan een volbloed sportwagen. Iets wat tot op heden van iedere Z4 cabrio zonder M-badge hebben kunnen zeggen. Toch zijn we maar al te blij dat BMW is afgestapt van het metalen plooidak van zijn voorganger in ruil voor een klassiek canvas exemplaar.
Als achterwielaangedreven 20i oogt de Z4 ook een tikkeltje eleganter dan de opgepompte M40i. Onder andere dankzij een wat meer klassieke grille met chromen accenten en meegespoten koetswerkdelen. Je krijgt bovendien ook een dunner – en dus tactieler – stuurtje dat een stuk beter in de hand ligt dan het obees exemplaar met M-badge. Waar je beter wél voor in de buidel duikt is het echte leder. Want kunststof met lederlook hoort wat ons betreft niet in een open roadster met premiumbadge. Getuige onze tester.
Bragging rights
Eerste indrukken? De moderne tweeliter turbo mag dan al de bragging rights van de geblazen Reihensechs missen, hij geeft de Z4 wel nog steeds flink wat trekkracht onderin (320 Nm vanaf 1.450 tpm). Omdat ook het piekvermogen van 197 pk al bij 4.500 tpm vrijkomt en paraat blijft tot het maximum van 6.500 tpm, rij je de 20i daardoor makkelijk lui. Zeker in combinatie met de gelikte automaat waar zoals gewoonlijk weinig op aan te merken valt. Nochtans klinkt de motor niet eens zo slecht en zit er meer peper achter dan je eventueel zou vermoeden. Of toch wanneer je het heft in eigen handen neemt en op verkenning gaat door het toerenbereik.
Daarvoor duw je het (nogal knullige) automaathendeltje best in de plus/min-stand en de gekozen rijmodus in de Sport (Individual) setting. Niet dat de Z4 daardoor transformeert. Daarvoor ontbreekt het onze tester aan al te variabele hardware. Maar dat is misschien maar best ook. Daar al dat soort gadgets niet noodzakelijk iets te zoeken hebben op een klassieke roadster.
Cartooneske maat
Vanwege zijn ietwat aparte voetafdruk met een relatief korte wielbasis maar brede spoorbreedte ligt de Z4 als een blok beton op de baan. Het chassis van onze tester krijgt daarbij de hulp van een setje Pilot SuperSports in de bijna cartooneske maat 255/35R19 voor en 275/35R19 achter (identiek met de M40i) en komt bijgevolg dus nooit grip of tractie tekort.
Je zet er ongetwijfeld indrukwekkende rondetijden mee neer. Maar het maskeert ook intrinsieke sportieve talenten die met al die mechanische grip nu zorgvuldig de kop worden indrukt. Hij doet het met andere woorden wel, maar eerlijk gezegd verwachten we net iets meer goesting (en als het kan ook stuurgevoel) van een roadster met blauw/witte propellorbadge.
Goed geisoleerde cabine
Los daarvan is de 20i uiteraard wel een fijne daily met een verrassend aanwezige soundtrack (zeker in lage toeren), een goed geïsoleerde kap, voldoende (beweeg)ruimte en een verbruik dat – mede dankzij de automaat – ruim onder de 10 liter zit. Kortom, ideaal om kilometers mee te malen dus. Ook al kunnen de standaardstoelen wel wat meer steun gebruiken. Gelukkig blijft de cabine ook met het dak naar beneden bijzonder goed geïsoleerd van wind en andere geluiden.
Vanwege zijn prijs- en vermogensetting valt de Z4 met 20i wel in een unieke categorie. Instaproadsters van Porsche, Mercedes of Jaguar zijn immers een stuk krachtiger en dus duurder, terwijl de Mazda MX-5 voor de meeste klanten vermoedelijk de ‘juiste’ badge mist. Mercedes heeft zich dan weer uit het segment teruggetrokken. Iets wat ook Audi’s TT Roadster te wachten staat. Best cynisch als je weet dat de 197 pk sterke instap-TT zowat zijn enige directe concurrent is. Ook al beschikt deze dan over voorwielaandrijving en is zijn interieur met de kap open lang niet zo geraffineerd als dat van deze Z4.
Conclusie
Waar sportieve roadsters met achterwielaandrijving ooit bijzonder populair waren, zowel in aanbod als in verkoop, is de markt anno 2019 bijna helemaal ingezakt. En daar zit de dominantie van de MX-5 zeker voor iets tussen. Of toch zeker wat betreft de diversiteit van het aanbod in de lagere prijsklasse. BMW mikt traditioneel gezien liever iets hoger. Wat dat betreft scoort de 20i goede punten met enerzijds wat meer flitsende prestaties, vooral dan dankzij zijn turbomotor en 8-trapsautomaat, en anderzijds extra luxe en vooral geluidscomfort.
Kopers die op zoek zijn naar een echte sportieveling zijn er echter aan voor de moeite. Daarvoor is ook deze Z4 te zwaar, te geassisteerd en te tuk op zijn GT-capaciteiten. Al zal dat voor heel wat andere mensen net de doorslag geven.
BMW Z4 sDrive20i (2019)
MOTOR: vier-in-lijn, turbobenzine, CILINDERINHOUD: 1.998 cc, MAX. VERMOGEN: 197 pk (tussen 4.500-6.500 tpm), MAX. KOPPEL: 320 Nm (tussen 1.450-4.200 tpm), AFMETINGEN L/B/H: 4,32/1,86/1,30 m, GEWICHT: 1.490 kg, VERSNELLINGEN: 8, automaat, AANDRIJVING: achterwielaandrijving, OPGEGEVEN VERBRUIK: 6,0 l/100 km (137 g CO2/km), BANDEN: 255/35 R19 (V), 275/35 R19 (A) , TOPSNELHEID: 240 km/u, 0-100 KM/H: 6,6 s, VANAFPRIJS: 40.300 euro, SCORE: 3,5/5