Testnotities: Audi A7 Sportback 50 TDI quattro S line

De tweede generatie A7 Sportback combineert volgens Audi de elegantie van een coupé met het praktische van een break en de prestige en het comfort van een limousine. Als dat maar goed afloopt.

Waar positioneert de nieuwe A7 zich tegenover zijn voorganger?

Het succes van de originele A7 Sportback was in grote mate te danken aan zijn atypische styling, waardoor het model zich visueel distantieerde van de rest van het gamma. De nieuwe A7 is het origineel trouw gebleven maar mist misschien wel de visuele punch van het origineel. Vooral in de neus dan waar je hem makkelijk voor zijn kleinere broer A5 Sportback vergist. De neofiet werd 5 mm korter, 2 mm hoger en 2 mm smaller maar wint met het oog op extra binnenruimte 12 mm in zijn wielbasis. De kofferruimte is met een capaciteit van 535 liter (uitbreidbaar tot 1.390 liter) dan weer identiek gebleven. Wel is de actieve achterspoiler gebleven die afhankelijk van de snelheid, of via een druk op de knop, automatisch naar boven komt.

Niet voor het eerst zijn het de dames en heren van de departement verlichting die de exterieurdesigners het nakijken geven. Dankzij de nieuwe HD Matrix LED-lichttechnologie – al dan niet in samenwerking met Audi laserlicht – maakt de A7 een statement en geniet je in het donker van een indrukwekkende lichtafdruk. Zonder twijfel een optie die het aanvinken waard is. Al is lang niet iedereen zo wild van de opvallende lichtanimatie waarop de lichten je in de duisternis trakteren.

Is er nog meer technologie?

Zeer zeker. De tweede generatie A7 Sportback leunt sterk aan bij big boy A8 en deelt quasi al zijn technologie. Dat zie je al door zijn dashboard dat, met uitzondering van de naar de bestuurder gerichte middenconsole, zo goed als identiek is. Centraal staan twee kristalheldere en met glas bedekte 10,1 duim aanraakschermen die tevens haptische feedback geven en zo goed als alle fysieke knoppen in het interieur bundelen. Toch is Audi erin geslaagd ondanks de grote hoeveelheid schermen en informatie, alle displays een duidelijke taak te geven waardoor niet alle informatie op alle schermen terugkomt.

Naast de twee centrale schermen heb je immers ook nog Audi’s Virtual Cockpit en het handige head-up display. Nog zo’n must have optie die het rijden stukken aangenamer maakt. Al rijdt de A7 desgewenst ook zelf. Daarvoor rekent de vierdeurscoupé op een legertje camera’s en sensoren waardoor het model zich in de Level 2-club van de autonome auto’s mag rekenen. Ook al is het model volgens de Duitsers tot nog veel meer in staat. Maar daar ontbreekt het wettelijk kader momenteel nog voor.

Over rijden gesproken. Hoe zit het met zijn dynamische capaciteiten?

Audi belooft dat de nieuwe A7 sportiever is dan ooit. Maar de vraag is dan wel voor welke opties je kiest. Momenteel heb je de keuze uit een 340 pk sterke, geblazen 3.0-liter V6 benzine (55 TFSI) of deze 286 pk sterke, geblazen 3.0-liter V6 diesel (50 TDI). Telkens voorzien van milde hybride-ondersteuning, quattro-vierwielaandrijving en een automaat. Al is dat voor de benzine wel een 7-traps S tronic DSG en voor de diesel een 8-traps koppelomvormer. En zelfs de quattro-vierwielaandrijving verschilt lichtjes. Zo heeft de benzine een elektronisch gestuurd meerplatendifferentieel terwijl de diesel een meer klassiek, permanent vierwielaangedreven systeem met middendifferentieel heeft.

En dan zijn we er nog niet. Want dan sta je nog voor de keuze voor welk van de vier soorten ophanging je kiest. Naast de passieve standaardophanging heb je immers nog de keuze uit een verlaagde sportophanging, eentje met adaptieve dempers of – zoals in het geval van onze tester – de adaptieve luchtvering. Die laatste excelleert vooral in het departement comfort en dus op de autosnelweg, maar raakt in de bochten vrij snel van de wijs. Wie weet doen de versies op reguliere veren en/of dempers dus beter.

Maar zijn de twee modellen dan niet technisch gerelateerd?

Enkel op papier, zo is gebleken. Want bij toeval konden we tijdens onze testweek ook met een nieuwe A8 50 TDI rijden. En daarbij vielen ons gelijk enkele zaken op. Zo is de A8 beter geïsoleerd (kies op de A7 daarom zeker voor de optionele, dubbel gelaagde ruiten), is zijn meubilair comfortabeler (laat de S line stoelen voor wat ze zijn), werkt de automaat stukken beter en is de zelfontbrander merkelijk stiller. Toch is het vooral de afstelling van de automaat die voor verbetering vatbaar is. Ondanks de grote hoeveelheid koppel onderin schakelt deze in de A7 bij de minste aanraking van het gas een verzet (of twee) terug, terwijl dat uiteraard niet nodig is. Een fenomaan waar de A8 dan weer geen last van heeft. Iets wat mogelijk te verklaren valt doordat de TDI in de A8 zijn maximumkoppel enkele honderden toeren per minuut sneller prijsgeeft dan in de A7.

Dan toch maar verder sparen voor de A8?

Dat hangt er van af. Enerzijds mist de A8 de visuele spanning van de A7. Anderzijds zal de A8 tot en met de introductie van een (R)S8 eveneens bochtenschuw zijn. Het probleem van de A7 is zijn luchtvering waardoor hij al zijn sportieve beloftes niet kan omzetten naar de weg. Graag rapporteren we binnenkort dan ook terug of de versie met de standaardophanging (en eventueel benzinemotor en S tronic DSG-automaat) beter doet.

AUDI A7 Sportback 50 TDI quattro (2018)

Weggecijferd

Verdict