Zeven dagen, twaalf landen, meer dan 2.500 km en vijf generaties Suzuki Swift Sport die het avontuur tegemoet reden richting Hongarije. Dat was de Budapest Rally 2018!
Je moet het Suzuki België nageven. Weinig merken zouden zowat alle generaties van hun sportieve hatchback meesturen op een evenement zoals de Budapest Rally. Voor wie het concept nog niet zou kennen: de Budapest Rally is een kleurrijke roadtrip met voornamelijk originele vierwielers (en zelfs een eenzame tweewieler), die in zeven etappes over de veelal fraaie wegen van twaalf verschillende landen tot in Boedapest cruisen.
Tijdens de rally is het de bedoeling veel te zien en nog meer te rijden, maar ook om punten te verzamelen aan de hand van verschillende opdrachten en checkpoints. De winnaar krijgt uiteindelijk het vierwielig icoon van het voormalig Oostblok cadeau: een gifgroene Trabant.
Creatieve deelnemers
Starten doet onze Suzuki-delegatie van vijf Swifts en één Vitara S ondersteuningswagen op vrijdag 13 juli aan het Atomium waar alle, hoofdzakelijk Belgische, deelnemers verzamelen voor de eerste etappe richting het Zwarte Woud. De twee opeenvolgende dagen is het dan de beurt aan respectievelijk Amsterdam en Parijs om hetzelfde parcours aan te vatten.
Aan creativiteit schort het alvast niet onder de deelnemers, met een uiterst divers deelnemersveld – zowel qua gekozen vierwielers als aankleding – tot gevolg. Sommige gaan zelfs zo ver dat ze T-shirts en kledij hebben laten maken. En dat levert vaak geweldige combinaties op, met hier en daar zelfs motorsportgerelateerde thema’s. Al zijn de meeste auto’s en teams niet toevallig film- en cultuurgerelateerd – net zoals onze Swifts die zich losjes inspireerden op The Italian Job. Niet voor niets staat de Swift te boek als de Japanse Mini.
Too Ugly To Be True
Wie echt zijn zinnen op de eindoverwinning heeft gezet, doet er goed aan om een auto te kiezen van voor het jaar 2000 óf een van de ‘Great Oldtimers’, ‘Rally Icons’ of auto’s die volgens de organisatie ’Too Ugly To Be True’ zijn. Denk aan een Pontiac Trans Sport, Toyota Previa, Nissan Cube, Pontiac Aztek (zijn die ooit over de Atlantische Oceaan geraakt?), Ssangyong Rodius of Daihatsu Move. Stuk voor stuk bolides die je meteen 50 punten extra opleveren.
De ultieme Budapest Rally-mobiel is echter de FIAT Multipla. Die levert je meteen 60 extra punten op. Met uitzondering van onze Swift GTi uit 1991, vallen de andere Swiftjes dus uit de boot. Elke dag zijn er in het totaal zo’n 200 punten te verdienen. Maar dat dat lang niet evident is, zou de volgende dagen blijken.
Goede copiloot
Een gedetailleerd roadbook is er immers niet. Wel krijg je elke dag een beknopte versie met daarin ook een kaart die je min of meer op goede weg zet. Google Maps, Waze of andere kaartdiensten komt met ander woorden zeker van pas. Net als een goede copiloot die met een kaart overweg kan. Naast het roadbook met interessante tussenpunten, stopplaatsen en bezienswaardigheden krijg je telkens ook een CD met toepasselijke nummers zoals het volkslied, lokale hits en meezingers die je doorheen de dag moeten begeleiden. Knap gevonden, al zeggen we het zelf.
De eerste etappe is meteen ook de langste, met meer dan 600 af te leggen kilometers. Meteen een stevige test voor onze Swift GTi II uit 1991 (enkel de allereerste generatie ontbreekt). De hot hatch die iedereen vergeten is, wordt er in ieder geval niet minder sympathiek van. Met nauwelijks 55000 km op de teller is dit een knap en quasi ongerestaureerd exemplaar, dat de tand des tijds erg goed doorstaan heeft.
Idem voor het interieur trouwens, dat je door zijn geur en typische materialen meteen terug in de tijd katapulteert. Zijn atmosferische 1,3-liter viercilinder is goed voor 110 pk en 123 Nm koppel bij een gewicht van nauwelijks 915 kg. Daarmee sprint de kleine driedeurs in 8,6 s naar de 100 km/h en naar een verdienstelijke topsnelheid van 182 km/h.
Eagly F1-slick
Van Brussel rijden we via de E40 richting Huy, om vervolgens via knappe binnenbaantjes koers te zetten naar het circuit van Spa-Francorchamps waar we een van onze eerste punten scoren door het ophalen van een (gebruikte) autoband. Aangezien er net een historische race gereden wordt, ruiken we onze kans om voor het grootste en breedste exemplaar te gaan die we kunnen vinden. Dat de Goodyear Eagle F1-slick zowat de helft van de kofferruimte in beslag neemt, nemen we graag voor lief. Van Spa gaat het vervolgens via Luxemburg en Frankrijk richting Duitsland en onze eerste overnachting in Hinterzarten, Baden Baden.
Niet de meest memorabele route, met uitzondering van het einde waar we na de grensovergang van Straatsburg/Kehl de ‘Route 500’aantreffen: beter bekend als de Schwarzwalder Hochstrasse. En die stelt allerminst teleur. Zeker als we onze GTi achter een local zijn mk 1 Golf GTi Cabrio hangen. Een voorbode van wat de volgende dagen zou volgen en een knap slotstuk van een lange dag, die de vinnige Swift GTi ondanks zijn leeftijd (en een gebrek aan snufjes zoals ABS, een stuurservo of airco) voorbeeldig heeft geabsorbeerd.
Dag twee
Op dag twee rijden we via Schaffhausen, je misschien wel bekend van de International Watch Company (IWC), naar Trin Mulin in het hartje van Zwitserland. Onderweg passeren we via Liechtenstein, al is dat niet omdat er in het Prinsdom veel te zien valt – of het moet een Stelvio Quadrifoglio in Rosso Compétizione zijn. Maar nog voor we Zwitserland binnenrijden, houden we halt aan de Schluchzee voor een frisse duik. Iets wat we de volgende dagen, en dan voornamelijk in Italië en Kroatië, nog regelmatig zullen doen.
Maar niettegenstaande de verfrissende duik, de knappe vista’s en het biljartvlak asfalt is dag twee rijtechnisch minder memorabel. Met dank aan de grote hoeveelheid nukkige motorrijders en andere weggebruikers die inhalen (soms opzettelijk) lastig maken. Gelukkig maken de landschappen veel goed. Of dag drie in Zwitserland soelaas kan bieden?
Stelviopas
Op dag drie krijgen we een beter zich op de pracht en praal die het land te bieden heeft. Vanop de camping nabij Flims rijden we via Thusis over Tiefencastel en het meer van Marmorera richting Silvaplana, om van daar koers te zetten naar de legendarische Stelviopas. We houden ons hart dus al vast voor de drukte die komen zal. Althans: dat is wat je vaak hoort over de Stelvio in de zomermaanden. Als bij wonder treffen we de bergpas op een opvallend rustig moment en kunnen we onze Swift Sport met groot gemak op en over de 77 haarspeldbochten van het bijna 2,8 kilometer hoge gevaarte sturen. Een opsteker.
Onze Swift is intussen geen GTi meer uit 1991, maar de op één na nieuwste SSS uit 2012. Aangedreven door een atmosferische 1.6 en gekoppeld aan handgeschakelde zesbak, maar misschien ook het minst memorabele van alle exemplaren hier. Vooral wanneer het wat sneller gaat, mist de zachte ophanging de juiste reflexen om het koetswerk onder controle te houden. Zelfs de motor ontbeert wat pit en karakter, zeker tegenover de puike generatie van 2007. Maar daarover later meer. Veel indrukwekkender zijn de fabelachtige vergezichten rondom, de afgemeten tarmac en de groene panorama’s die de grens van ’s werelds meest neutrale land met het Italiaans grondgebied te bieden heeft.
McLaren P1 EXP2
En dan zouden we nog bijna de spreekwoordelijke supercarkers op de taart vergeten, vlak voor de Stelvio: een resem Ferrari’s en twee McLarens waaronder een P1 met het serienummer ‘Series Prototype 2’. Een van de vijf EXP-prototypes die na de batch van 375 reguliere exemplaren door Woking werd opgeknapt, om vervolgens verkocht te worden aan vijf trouwe en uitverkoren klanten.
Niettegenstaande zijn we opgelucht Zwitserland te mogen inruilen voor Italiaans grondgebied. Het landschap wordt er niet minder om, en hoewel de tarmac er niet altijd even glad bijligt, konden we niet beter worden ontvangen. Waar de Zwitsers de bonte bende maar matig wisten te appreciëren, zijn ze in Italië een flink stuk enthousiaster. Oud en jong komt naar buiten, neemt foto’s en claxons blazen overuren om al de autogekke Italianen te kunnen groeten. En zeggen dat onze Swifts nog relatief bescheiden gedecoreerd zijn. Auto’s zoals de Multipla in Dumb & Dumber-spec of de Chevy Scooby Doo Mystery Machine krijgen niet toevallig een veel uitbundigere ontvangt.
Vierde etappe
De vierde etappe neemt ons van het beeldige Lago di Piano (een minder gekend meer in de buurt van het Lago di Como) via Mantova aan de voet van de Colli Euganei over Torreglia en Montegrotto richting Padova, om uiteindelijk te eindigen nabij Venetië waar we ’s avonds de kans krijgen om de stad te bezoeken. Het rustige en droge weer van de voormiddag is in de namiddag evenwel omgeslagen. Grijze wolken en een aantal stevige regenbeurten later lijkt het hoofdstuk Venetië in het – tja – water te vallen. Maar we zetten door en dat loont: Venetië ligt er door de hevige regenbuien opvallen rustig bij, net als de Stelvio een paar dagen eerder.
Dag vijf brengt ons van Venetië all the way naar Plitvice, Kroatië, via een rit doorheen Slovenië. Een overgangsetappe zeg maar, want veel meer dan een hoop Autostrada valt er de eerste honderd kilometer niet te beleven. Gelukkig hebben we onze Swift Sport uit 2012 ingeruild voor het allernieuwste exemplaar. Die heeft voor het eerst een turbomotor in de vorm van de 1,4-liter viercilinder Boosterjet en spuwt er 140 pk, maar vooral ook 230 Nm koppel uit tussen 2.500 en 3.000 tpm. En dat bij een rijklaar gewicht van net 1.000 kg.
Het resultaat is een vijfdeurs die in de verste verte niet te vergelijken valt met zijn voorgangers. Trekkracht (onderin) is er immers met hopen, waar de oude modellen het steevast van hun toeren moeten hebben. Op de snelweg toont de Sport zich een aangename metgezel met een stabiel rijgedrag, heel wat moderne snufjes, comfortabele en goed steunende stoelen en een uitstekende geluids- en windisolatie. Inhalen is een fluitje van een cent en de Boosterjet voelt in het algemeen krachtiger aan dan zijn 140 paarden op papier doen vermoeden.
Zachte toerenbegrenzer
Nadat we Slovenië zijn doorkruist en ons richting Kroatische kust begeven, is het stilaan tijd om de nieuwe Swift Sport ook op de binnenwegen te gaan quoteren. Kroatië is wat dat betreft een uitstekend gastland. De wegen liggen er opvallend goed bij en inhalen is dankzij de turbomotor een koud kunstje. De nieuwe Swift is in zo’n setting een typische ‘derde versnellingsauto’, die zowel laag als hoog in de toeren knap presteert. Ook al is er van een echte rush richting de rode lijn geen sprake en knal je daardoor relatief snel in de zachte begrenzer.
De grootste pluim gaat echter naar de scherpe besturing en het chassis dat van alle Swift Sports duidelijk het meest competente is. De nieuwe Swift Sport draait bovendien mooi rond zijn as, communiceert goed en geeft veel vertrouwen – ook op (hoge) snelheid.
Stuurmanswegen
De zesde etappe van de Budapest Rally is misschien wel de meest indrukwekkende. Niet zozeer vanwege de landschappen, maar wel door de stuurmanswegen. Als bij toeval komen we terecht in de Swift Sport uit 2007. De tweede oudste SS uit het gezelschap mag er dan wel het minst bijzonder uitzien en slechts over een atmosferische 1.6 en vijf versnelling beschikken, hij zal zich uiteindelijk kronen tot meest plezante Swift Sport van de reeks.
Dat mogen we ontdekken op een indrukwekkend parcours tussen de dorpjes Rakovica, Gvozd, Glina, Pokupsko en tenslotte Velika Gorica. Zonder twijfel het meest indrukwekkende stukje asfalt dat we in lange tijd gereden hebben, met een combinatie van een paar trage maar vooral veel snelle bochten – inclusief hoogteverschillen. En dat met nauwelijks een kat op de baan. Of het moet die ene geweest zijn die we gelukkig ter nauwer nood hebben kunnen ontwijken.
Aanstekelijk motorgeluid
De 135 pk sterke Sport is er de geknipte metgezel voor. Het chassis verteert de weinige oneffenheden met gemak, terwijl de hydraulische servo goed communiceert en de remmen – zelfs na flink te hebben gezweet tijdens de afdeling van de Stelvio – nog steeds bij de les zijn. Behalve het chassis en de besturing gaat de grootste pluim naar het motortje, dat zich nog het best laat omschrijven als een mix van old- en newschool, met een gretigheid voor toeren en een aanstekelijk motor- beter dan uitlaatgeluid. Ook de handgeschakelde vijfbak is met stip de beste van alle Sports, al draai je daardoor iets meer toeren op de snelweg.
De zevende en laatste etappe is misschien wel de minst interessante. De schoonheid van Kroatië moet wijken voor de relatieve anonimiteit van het Hongaars binnenland. Eenmaal aangekomen in de hoofdstad maken we ons op voor wat ons laatste wapenfeit zal zijn, in de vorm van een uitzinnige colonne doorheen het centrum van de stad. Na te hebben verzameld aan Heroes’ Square trekt de stoet zich op gang voor een opgemerkte verplaatsing door het centrum van Pest, om vervolgens de Donau over te steken richting onze zevende en laatste camping, net buiten de hoofdstad.
Daar kunnen we over een welverdiende pint terugblikken op een bijzondere week. Enerzijds omdat we op zeven dagen nog nooit zoveel gezien en gedaan hebben, maar anderzijds ook door het fijne gezelschap. En dat zowel binnen het Suzuki-team als met de andere deelnemers. De week is met andere woorden voorbijgevlogen, en ondanks de grote vrijheid zijn we uren en dagen tekort gekomen om alles te kunnen zien en ontdekken.
De Suzuki Swift Sports maakten de ervaring helemaal af. De warme hatchbacks hebben hier nog maar eens bewezen waarom ze conceptueel zo volmaakt zijn. Met hun ideale mix van prestaties, ruimte, een bescheiden verbruik en – zeker in dit geval – legendarische betrouwbaarheid zijn ze misschien wel de ideale metgezel voor dit soort van avonturen – toch zolang je maar met twee bent. Je kan ze immers uitwringen door zowat alle versnellingen heen, zonder ooit onbeschoft hard te gaan of ondergrond te kruisen die hen afschrikt. En de Trabant? Die hebben we wijselijk aan ons laten voorbijgaan. Een Swift Sport daarentegen? Dat had wat anders geweest. Want daar zouden we wél flink moeite voor gedaan hebben – nieuw of oud.