Share a little biographical information to fill out your profile. This may be shown publicly.

 

We sturen je per e-mail een wachtwoord toe. Soms komt deze e-mail in je spambox terecht.
cMvkWW1L_Uo

De nieuwe hypercar-klasse kreeg al van in het begin met veel tegenwind te kampen. Ten eerste was er de ongelukkig gekozen naam, want dit zijn gewoon LMP1-wagens die niets te zoeken hebben met de hypercars voor de openbare weg. Ten tweede zijn de wagens gebouwd op een gestandaardiseerd chassis, zoals dat in de LMP2 ook het geval is. Ten derde ligt de elektrische aandrijving van het hybride gedeelte vast, waardoor de technische strijd tussen de constructeurs tot een minimum beperkt wordt. Dit alles natuurlijk met het oog op kostenbesparing.

De vrijheid in het koetswerkontwerp en de aerodynamica, maakt dat de wagens visueel gelukkig ieder een eigen identiteit hebben. Bovendien bleek ook dat de inspanningen voor die standaardisatie geleverd werden, vruchten begonnen af te werpen. Het aantal constructeurs is sinds de hoogdagen van de Group C nooit meer zo groot geweest, en qua close racing beleven we misschien we de beste jaren uit de geschiedenis van de sport. Dat werd afgelopen weekend tijdens de Rolex Daytona 24 Hours nog eens dubbel en dik duidelijk gemaakt.

Op een zakdoek. Dat is de beste omschrijving van de wedstrijd die ik gehoord heb. Een dik uur voor het eind zaten de top drie wagens op -jawel- drie seconden van mekaar verwijderd. En dat was zowel in de Hypercar, de LMP2 als de GTD klasse het geval. Na een late safety car periode trokken de Cadillac van Blomqvist en de Porsche van Nasr een sprintje naar de meet, waar uiteindelijk de geblokte vlag bij verassing twee ronden vroeger viel dan gepland. De Porsche van Penske Motosport won, met een luttele 2 seconden voorsprong op Cadillac. Eentje voor in de boeken.