Share a little biographical information to fill out your profile. This may be shown publicly.

 

We sturen je per e-mail een wachtwoord toe. Soms komt deze e-mail in je spambox terecht.

Na een ontwikkelingsperiode van meer dan 10(!) jaar heeft Mini eindelijk een puur elektrische variant van zijn evergreen in de showroom staan. Het lange wachten waard?

Het idee om de Mini elektrisch te maken is niet nieuw. Bij Mini speelt de gedachte immers al veel langer. Zo was er al in 2009 de Mini E. Een uitgebreide testcase waarin early adopters uit Berlijn, München, Londen en de Verenigde Staten al een elektrische Mini konden leasen, in ruil voor het privilege maar ook een pak begeerlijke testdata voor het moederhuis zelf.

2020_mini_electric_cooper_se_test_08

2020_mini_electric_cooper_se_test_092020_mini_electric_cooper_se_test_02

Het experiment was naar verluidt een groot succes met een pak enthousiaste eigenaars die de auto’s maar wat graag zouden hebben willen houden. Ook al beschikten de Mini’s maar over 2 zitplaatsen en een autonomie van 200 à 250 km. Al werd dat deels gecompenseerd door een pittig vermogen van 204 pk en een sprint naar de 100 km/h in 8,5 s.

In welke mate is de techniek geëvolueerd?

Vergelijken we de specificaties van de Mini E met de nieuwe Mini Electric (of Cooper SE zoals je wil) dan vallen er enkele zaken op. Zo beschikt de Mini niet langer over 2 maar 4 zitplaatsen dankzij een compacte en slim gemonteerde batterij. Wat dat betreft moet je als klant dus geen toegevingen meer doen. Het 28,9 kWh grote lithium-ion batterijpakket bevindt zich centraal achterin en kan daardoor gemonteerd worden op de productieband van de klassieke exemplaren. Tevens goed voor het zwaartepunt en de (koffer)ruimte.

2020_mini_electric_cooper_se_test_10

2020_mini_electric_cooper_se_test_192020_mini_electric_cooper_se_test_112020_mini_electric_cooper_se_test_06

De 184 pk sterke elektromotor (dezelfde van de BMW i3) is dan weer ietsje minder krachtig, terwijl de WLTP-autonomie is blijven hangen op 200 km. Daar tegenover staat dan weer dat de nieuwe versie nog sneller is dan voorheen het geval. Zo neemt de sprint naar de 100 km/h nog slechts 7,3 s in beslag. Maar het zijn natuurlijk de tussenacceleraties die dankzij het immer beschikbare koppel echt indruk maken.

De elektro-Mini is dus snel?

Absoluut. Als rijder heb je keuze uit verschillende rijmodi. Maar starten doet je steeds in ‘Mid’. Een in theorie evenwichtige setting die echter al behoorlijk pittig is en ruim voldoende om de voorste Goodyear Eagle F1’s (maatje 205/45 R17 op de XL-versie) van de wijs te brengen. Zeker in het nat. Maar zelfs in de iets zuinigere ‘Green’ setting blijft de Mini voldoende pittig om vlotte prestaties neer te zetten.

2020_mini_electric_cooper_se_test_12

Altijd en overal als eerste weg zijn is met andere woorden geen enkel probleem. Zeker niet wanneer je opschakelt naar de Sport-stand en de volle 184 pk en 270 Nm loslaat, al heeft deze setting wel de nare bijwerking de stuurservo nutteloos zwaar te maken. Een klassiek euvel bij Mini’s (en bij uitbreiding ook BMW’s).

2020_mini_electric_cooper_se_test_15

2020_mini_electric_cooper_se_test_072020_mini_electric_cooper_se_test_162020_mini_electric_cooper_se_test_03

Over het nut van al die prestaties kan je je evenwel vragen stellen. Want hoewel ze de fun factor absoluut verhogen zijn ze ook nefast voor de autonomie. Mini quote een realistische WLTP-autonomie van 200 km. Op zich een acceptabel cijfer dat absoluut moet volstaan voor dagelijkse verplaatsingen. Maar in de praktijk zijn we niet veel verder geraakt den 170 à 180 km. En dat met een voorzichtige voet, de Green of Green+ setting, geen airco en zomerse temperaturen. In winterse omstandigheden mag je er dus nog enkele kilometers rijbereik afdoen.

Hoe zit het met zijn rijdynamiek?

Wel, een van de ‘problemen’ waarom het rijbereik aan de lage kant ligt is zijn fun factor. Door zijn gunstig gemonteerd batterijpakket en laag zwaartepunt rijdt de Mini Electric misschien té leuk voor zijn eigen goed. Niet alleen in rechte lijn is de citadine snel en leuk, ook in de bochten blijft die ervaring overeind met een bijzonder neutraal weggedrag dat je als chauffeur aanmoedigt om de curves te attaqueren.

2020_mini_electric_cooper_se_test_14

De agressieve remenergierecuperatie vraagt dan weer de nodige gewenning, maar maakt one pedal driving wel kinderlijk eenvoudig. Voor wie liever klassiek uitbolt heeft Mini wel een alternatieve modus voorzien. Ook al moet je deze bij elke herstart via een tuimelknop onderaan de middenconsole terug inschakelen.

2020_mini_electric_cooper_se_test_172020_mini_electric_cooper_se_test_05

2020_mini_electric_cooper_se_test_18

2020_mini_electric_cooper_se_test_012020_mini_electric_cooper_se_test_20

De elektronica komt daarbij zelden tussenbeide (tenzij je het echt te bont maakt) en dat maakt dat het autootje stimuleert om knallen. Uitstekend voor de smiles per miles, iets minder voor de miles per -euh- miles. De Mini Electric staat weliswaar 18 mm hoger dan reguliere ICE-exemplaren maar is merkbaar stugger ter compensatie van zijn 200 kg zware batterijpakket. Ook al blijft de demping en het zit/veercomfort wel kwalitatief aanvoelen, mede dankzij uitstekende sportkuipjes.

Rest de vraag. Kost dat?

Met een vanafprijs van 33.100 euro positioneert de Mini Electric zich duidelijk een klasse hoger dan de Zoé’s van deze wereld. Maar in ruil krijg je wel een hoog kwalitatief afgewerkt stadsautootje welk de vraagprijs deels helpt te verklaren. Zeker wanneer je voor een van de hogere uitrustingsniveau’s kiest met onder andere echt leder en snufjes zoals het head-up display en het uitstekend klinkende Harman Kardon-geluidssysteem.

2020_mini_electric_cooper_se_test_13

Voor wie zijn relatief beperkte autonomie echter een taboe is zal de elektrische Mini echter onvoldoende zijn. Zijn geafficheerde 200 km zijn in immers eerder aan de theoretische dan realistische zijde. Zeker wanneer je je laat verleiden door zijn aanstekelijk rijgedrag. En geloof ons. Dat zal je.

MINI Electric (Cooper SE) (XL) (2020)
MOTOR: Eén elektromotor, BATTERIJ: 28,9 kWh, vloeistofgekoeld, MAX. VERMOGEN: 184 pk, MAX. KOPPEL: 270 Nm, AFMETINGEN L/B/H: 3,85/1,73/1,43 m, LEEGGEWICHT: 1.365 kg, VERSNELLING: transmissie met één versnelling, AANDRIJVING: voorwielaandrijving, OPHANGING: MacPherson/Multi-link, BANDEN: 205/45/R17 (rondom) – Goodyear Eagle F1, TOPSNELHEID: 150 km/u, 0-100 KM/H: 7,3 s, OPGEGEVEN AUTONOMIE: 200 – 232 km (WLTP), VANAFPRIJS: 33.100 euro, Score: 4/5

MEER LEZEN

Waarom 500 pk in een achterwielaangedreven Mini een goed idee is

Rijtest: Mini JCW Clubman ALL4 (306 pk)

Meet ‘n Greet met de elektrische Mini