Stijn Braes
De dagen worden korter, dus komen we weer met leestips op de proppen. Onze recente DRIVR-rit bracht weer flink wat E30s op de been, en onze tip leert je alles over deze -of is het zelfs dé?- generatie 3-reeks.
Auteur James Taylor bracht enige tijd terug nog een gesmaakt overzicht uit over de Mercedes-Benz 190. Niet meer dan logisch dat inmiddels ook de E30 aan bod komt. Je zou zelfs stiekem verwachten dat deze ode aan de 3-reeks eerst zou zijn verschenen. Het was immers het succes van de 3-reeksen dat Mercedes ertoe aanzette ook af te dalen naar het compacte segment. Bovendien laat de auteur doorschemeren ook zelf de E30 te prefereren boven de 190…
Neue Klasse
BMW had voor WOII een mooie reputatie opgebouwd, maar na de oorlog kwam het in zwaar weer terecht. Het werd zo erg dat het bijna in de portefeuille van Mercedes belandde… Sinds de Neue Klasse timmerde BMW echter aan de weg terug, en de E30 bracht alles in een stroomversnelling. Zelfs in de VS was het niet langer een speler in de marge, van de E30 werden er 350.000 stuks richting Uncle Sam verscheept.
De E30 had dan ook een carrière van liefst 12 jaar met tal van varianten. Dit was dan ook het sterktepunt ten opzichte van de Mercedes 190, die enkel als vierdeurs bestond. Bij de E30 daarentegen had je niet alleen de tweedeurs en vierdeurs, Bauer zorgde al snel voor een dakloze variant. BMW zelf voegde hier achteraf ook zijn eigen (in house) ‘echte’ cabrio zonder rolbeugel aan toe. Als klap op de vuurpijl kwam er in 1988, een jaar na de gesmaakte facelift, ook nog een Touring. Een onvoorziene toevoeging tot het gamma nadat een ingenieur in zijn eigen tijd aan het klussen was geslagen. De bonzen waren echter zo onder de indruk dat de Touring in productie ging. De E30 pick-up, die gebruikt werd bij BMW M, haalde echter nooit het productiestadium.
Speciallekes
En zo is de onvermijdelijke letter M gevallen, de E30 werd natuurlijk de eerste M3. Voorgesteld in 1985 en een jaar later aan de -doodgelukkige- man gebracht. En wat voor een M3 werd het ook, een homologatiespecial voor de DTM. Maar het werd niet de enige sportieve variant. In Italië en Portugal was de M3, met zijn 2,3 of 2,5-liter fiscaal ongunstig, zodat zij een 2-liter versie kregen van het legendarisch S14-motorblok (met niettemin nog 192 paarden). Dit echter in het regulier smalle koetswerk, waarbij zelfs een vierdeurs mogelijk was. 1/3de van deze 320is-jes was zelfs een vierdeurs.
In Zuid-Afrika kozen ze dan weer voor een lokaal alternatief voor de M3. Terugvallend op de Rosslyn fabriek, lepelden ze de 3,2-liter zescilinder uit de 732i in het 3-reeks koetswerk. Daar 332i niet zo goed bekt, werd het 333i. Iets bescheidener maar daarom niet minder leuk was de 318is, die uiteraard ook bij ons gewoon te koop was. Met met zijn 1,8-liter viercilinder van 136 pk opende deze vanaf ’89 de aanval op de razend populaire GTI’s.
Het boek brengt niet alleen de interessante geschiedenis van de E30 in kaart, welke liep van 1982 tot 1994: wanneer de laatste E30 Touring van de band rolde (liefst 3 jaar na de laatste vierdeurs!). Dit werk gaat echter verder en helpt je ook bij de zoektocht naar een eigen E30. Want toegegeven, ook ik zwengelde ondertussen al autoscout.be en tweedehands.be aan…
MEER LEZEN: