Flashback naar 1934. De burgemeester van Melbourne (Harold Smith) had het idee om ter ere van het 100-jarig jubileum van de staat Victoria, een intercontinentale vliegrace te organiseren. De wedstrijd zou starten in de UK, en eindigen in Melbourne zelf. De Australisch/Schotse suikerindustrieel MacPherson Robertson trad als hoofdsponsor aan, en zou 10.000 dollar prijzengeld inleggen voor de winnaar van de wedstrijd.
Vliegwedstrijden over lange afstand waren begin jaren ’30 zo goed als onbestaande, dus kon de MacRoberston Air Race meteen veel internationale aandacht genieten. Het Verenigd Koninkrijk zag in deze wedstrijd de kans om zich technologisch in de kijker te werken. Omdat de tegenstand uit een mix van kleine toestellen met beperkte brandstoftanks en trage transport mastodonten bestond, zagen ze opportuniteit om de race aan te vatten in een purpose-built lange afstand racer. Constructeur De Havilland kreeg de opdracht toegewezen.
State-of-the-art
Om het toestel zo licht mogelijk te houden, koos ontwerper Arthur Hagg voor een mono-plane opstelling met houten constructie, en stalen ophangingspunten voor de motor en het landingsgestel. De romp en de vleugels bestonden uit een zelfdragende monocoque constructie. De luchtweerstandscoëfficiënt werd tot een absoluut minimum gehouden met een gesloten cockpit en een intrekbaar landingsgestel. In 1934 was dit state-of-the-art technologie, een dikke tien jaar eerder streden houten tweedekkers nog voor superioriteit in het luchtruim.
Als aandrijving werd gekozen voor twee luchtgekoelde zes-in-lijn Gipsy Six R motoren, speciaal voor dit toestel uitgevoerd in een smaller blok om het frontaal oppervlak te verkleinen. De gezamenlijk opgewekte 460 pk gaven het pluimgewicht van 1329 kg (leeg) een kruissnelheid van ruim 350 km/u. De tanks zaten in het voorste gedeelte van de romp, en konden een kleine duizend liter huisvesten. Hierdoor was het bereik van de DH-88 Comet een stevige 4.700 km.
Vuile autobenzine
Onder belangstelling van maar liefst 60.000 toeschouwers, ging de 18.200 km lange MacRobertson Race van start op 20 oktober 1934. Twintig vliegtuigen meldden zich present, waaronder drie De Havilland DH.88 Comet toestellen: “G-ACSP Black Magic”, “G-ACSS Grosvenor House” en “G-ACSR – naamloos”. Black Magic nam meteen de leiding, en vloog in een duizelingwekkende recordtijd naar de eerste stop in Bagdad. Ze waren zo snel geweest, dat ze gegeten, gewassen en terug volgetakt alweer vertrokken waren, alvorens het tweede toestel was aangekomen.
Haast en spoed is zelden goed, en dat cliché vloog als een vlieg in de soep van de Black Magic crew. Door een navigatiefout waren ze genoodzaakt te landen op een afgelegen vliegveldje in India, waar helaas geen geschikte brandstof installatie was voor hun race-getunede motoren. Ze waren genoodzaakt vuile autobenzine te tanken, en dat draaide hun motoren de nek om. Ze haalden nog nipt de volgende stop in Allahabad, maar moesten daar opgeven. Door deze ontwikkeling kwam de DH-88 Grosvenor House comfortabel aan de leiding te liggen.
Belgische koningin
Grosvenor House zou een quasi feilloze wedstrijd neerzetten, al moesten ze de laatste leg op half vermogen vliegen door een valse lage olie meting. Achter hun was de DC-2 “Uiver’ van KLM ook bezig aan een zeer constante race, ondanks dat ze passagiers en zelfs post aan boord hadden. Tijdens één van de tussenstops liep het zware transportvliegtuig vast in de modder, en verloor veel tijd. Uiteindelijk kwamen ze als tweede over de meet. Maar met een tijd van dik 90 uur, moesten ze wel bijna 20 uur toegeven op Grosvenor House.
De derde DH-88, G-ACSR, kwam als vierde over de meet in 108 uur. Dit toestel was in British Racing Green gespoten door racepiloot Bernard Rubin, die de intentie had om zelf te vliegen. Hij moest zich wegens ziekte terugtrekken, en liet Owen Cathcart Jones zijn plaats innemen. In hun terugvlucht na de race, kreeg de groene DH-88 motorproblemen in Allahabad, waar de gestrande crew van Black Magic nog steeds aanwezig was. Ze konden twee goede zuigers van de Black Magic gebruiken, om hun terugtocht verder te zetten.
Leuk weetje: later dat jaar werd de groene G-ACSR gedoopt als “Reine Astrid”, genoemd naar de Belgische koningin. In december 1934 vloog G-ASCR de Kerst post van Brussel naar Leopoldville in het Belgisch Congo.