Onze trip richting de 79ste MM op Goodwood ondernamen we in stijl, met een Jaguar. Een niet onbesproken ‘aristocat’, want we kregen wel eens “nice Mondeo” naar ons hoofd geslingerd. Een twintig jaar oude discussie die het lot van een model heeft bepaald. Nochtans gaat er zo een interessante youngtimer -met een verhaal- verloren.
Collega Ken wist het al te melden, de Revival heb ik dit jaar uitzonderlijk aan mij moeten laten voorbij gaan. Maar gelukkig hebben we nog een leuk verhaal achter de hand. In april trokken we immers -voor de Members Meeting- met een leuke youngtimer naar Goodwood (taking the long road langs leuke wegen en het indrukwekkende Ouse Valley Viaduct), de Jaguar X-type 3.0 V6. Een ‘aristocat’ die lange tijd scheef werd bekeken maar niettemin anno 2022 een erg interessant koop is. Want waar anders haal je Britse stijl en een romige zescilinder in huis voor een zacht prijsje?
Mini-XJ of Maxi-Mondeo?
Maar wat kan de X-type -oftewel X400 intern geheten- de wereld ooit hebben misdaan? Teveel lijkend op een Jaguar (XJ) van de oude stempel? Of zijn het toch die soms te nederige Ford-origines die teveel parten spelen? Of een dodelijke combinatie van de twee? De X-type dateert inderdaad nog uit de periode dat Jaguar nog sterk vasthield aan zijn aloude traditionele waarden en designtaal. Zelfs de S-type -de X200 intern- die een trapje hoger stond was stilistisch meer dan een knipoog naar de MKII van weleer. Het is trouwens een eigenaar van zo’n S-type die met de sneer “nice Mondeo” kwam. Van je familie moet je het hebben…
Bovendien maakte Jaguar inderdaad deel uit van de Ford Motor Company tussen 1990 en 2008. Het was in die tijd ondergebracht in de zogenaamde Premier Automotive Group samen met Volvo, Land Rover en Aston Martin. Daarna kwam het merk, samen met Land Rover, in handen van de Indiase autofabrikant Tata Motors. Niet dat dit een gouden wissel was die de verkoop plots deed opflakkeren. Een modern gestijlde XJ ging zelfs amper over de toonbank en werd zonder opvolger geschrapt.
Maar allereerst, sinds de eerste Focus bieden ook de huis-tuin-en-keuken Fords een flinke dosis rijplezier. Die origine hoeft dus geen belemmering te vormen voor de (dynamische) kwaliteit van het eindproduct. Zolang je anno 2022 maar grondig uitkijkt voor roest op dorpels, draagarmen en andere strategische plekken. Bovendien, was de X-type geen simpel kopietje van de Mondeo, wat kwatongen ook mogen beweren. Zo staat de Jaguar X-type op een aangepaste Mondeo-vloerplaat en werd geopteerd voor de achterwielophanging van de (Mondeo) break. Achteraan kan de X-type trouwens terugvallen op een moderne multilink-achteras. Kies je voor de romige 3.0 V6 dan ben je trouwens sowieso ‘verlost’ van de voorwielaandrijving en bekom je een vierwielaandrijver die via een viscokoppeling in normale omstandigheden zelfs iets meer krachten (60%) naar achteren stuurt.
Porsche-blok
Die 3.0 V6 -intern ‘AJ-V6’- is trouwens eerder (klasse)vol dan wel spannend. Geen krijsende blok met een honger naar hoge toeren, maar zoals het bij een Jag hoort eerder een romige motor die op souplesse de X-type in 7,5s naar 100km/u brengt (en daar 10 liter per 100km good stuff in ruil voor terug vraagt). De 231 paarden maar vooral 284 Nm koppel spreken boekdelen. Bijgestaan -tijdens zo’n forsere acceleraties- door een fraaie maar nooit overheersende soundtrack. Very British indeed. Alhoewel, Brits? Slimmeriken zullen inderdaad opmerken dat dit blok ook bij Ford werd gebruikt en Duratec werd genaamd. Echter de origine is toch wat meer nobel…
Het was Porsche dat in aanloop naar het laatste decennium van de vorige eeuw op zoek was naar een manier om de viercilinder transaxles wat meer vermogen te geven. En zo werd een aluminium V6 met een hoek van 60 graden en een inhoud van 3-liter ontwikkeld. Finaal verkoos Porsche echter ook voor de 968 nog de viercilinder van eveneens 3-liter, die inmiddels dankzij VarioCam en een dubbele balansas op eveneens soepele wijze 240 paarden en 305 Nm wist te produceren. Zonder nood voor zo’n V6 in komende modellen, de Boxster zou een watergekoelde zescilinder boxer krijgen, kwam het ontwerp bij Ford/Cosworth terecht…
Koninklijke Jag
Naar aloude (Jaguar-) gewoonte is het eerder logisch om een dergelijk blok aan een automaat te koppelen. Eentje die past bij de rest van de wagen, met een licht sportief karakter maar vooral met als doel om effortless de kilometers aan elkaar te rijgen. Enja, dat kan zelfs met vier personen. De 445 liter kofferruimte is sowieso boven alle kritiek verheven en ook binnenin is deze sedan -van toch 4,67m- het label gezinswagen waardig. Voor vier volwassen mannen is er misschien geen zee aan ruimte, maar het geheel baadt in een ongeëvenaarde gezellige Britse sfeer van esdoornhoutfineer en soepel leder. Toch indien u een exemplaar hebt van voor de facelift, nadien moest het er allemaal wat minder Brits en meer sportief Duits -zoals bij een 3-reeks of A4- uitzien…
Voor zij die nog steeds niet overtuigd zijn van de kwaliteiten van deze youngtimer -en het woord ‘M-woord’ in de mond willen nemen- kunnen we verwijzen naar de recent overleden Queen Elizabeth. Tot voor kort snorde ze rond Windsor Castle met een X-type break. Dat is pas een adelbrief om elke Britse S-type rijder schaakmat mee te zetten. Blijft er in België enkel het heikele punt van de stevige verkeersbelasting en belasting op inverkeerstelling van zo’n 3-liter. Wat het voordeel van de interessante aankoopprijs doet wegsmelten. Logisch dan ook dat ook dit exemplaar in Nederland rondrijdt, waar het een garage deelt met een 5,4-liter V8 van de SLK55 AMG die u al vaker op onze roadtrips hebt kunnen spotten. Of hoe het gras soms toch wel groener is aan de overkant…
Jaguar X-type 3.0 V6 (2002)
MOTOR: V6, benzine, CILINDERINHOUD: 2.697 cc, MAX. VERMOGEN: 231 pk (bij 6.800 tpm), MAX. KOPPEL: 284 Nm (bij 3.000 tpm), AFMETINGEN L/B/H: 4,67/1,79/1,43 m, GEWICHT: 1.510 kg, VERSNELLINGEN: 5, automaat, AANDRIJVING: vier wielen, OPGEGEVEN VERBRUIK: 10,5 l/100 km (249gr CO2/km) (NEDC), BANDEN: 225/45R17 (rondom/standaard), TOPSNELHEID: 230 km/u, 0-100 KM/H: 7,5 s
MEER LEZEN