Pieter AmeyeWe naderen stilaan de donkerste dag van het jaar. Niet toevallig de periode waarin autoconfigurators overuren draaien. Caterham’s huiseigen versie komt daarom als geroepen.
We moeten het Caterham nageven. Ondanks een beperkte hoeveelheid mensen en middelen, weinig innovatie en nog minder echt ‘nieuwe’ modellen, weet het kleine Britse merk ieder jaar toch een stevig aantal van zijn ‘Sevens’ aan de man/vrouw te brengen. Intussen telt het gamma een vijftal varianten die allemaal vernoemd zijn naar hun (relatieve) pk/gewichts-ratio.
De letterlijk en figuurlijk lichtste Caterham, de 170, aangedreven door een geblazen Suzuki-driecilinder is intussen niet meer, waardoor de 270 nu als instapper in de boeken/configurator staat. En dat getal loopt over de 310, 360, 420 en tenslotte knotsgekke 620, stelselmatig op waardoor er voor ieder wat wils is.
Maar ook qua personalisering kan je bijzonder ver gaan. Hoewel de Seven op het eerste zicht een poepsimpel autootje/speeltje lijkt kan de prijs daardoor erg makkelijk hoog oplopen. Zo zit je zonder dat je het goed en wel beseft aan een bedrag van bijna 40.000 pond. Zaken zoals het brede chassis, de lage vloerpan, een zesde versnelling, harnassen of een verwarming lijken ons immers essentieel. Of niet soms?
Zelf eentje configureren doe je via volgende link!