Share a little biographical information to fill out your profile. This may be shown publicly.

 

We sturen je per e-mail een wachtwoord toe. Soms komt deze e-mail in je spambox terecht.

Jo Siffert, de beste en bekendste Zwitserse coureur, behoeft geen intro in DRIVR-middens. Maar wist je ook dat je ‘s mans iconische garage -50 jaar na zijn dood- nog (even) kan bezoeken?

Laat ons nog even stilstaan bij 2021. Vorig jaar stond de wereld van de vierwielers bol van de herdenkingen, aan bijvoorbeeld 60 jaar E-type en evenveel zonnewendes voor de Renault R4. Voor deze trip down memory lane moeten we ‘slechts’ een halve eeuw terug in de tijd. Anno 1971 was er nog geen sprake van een oliecrisis en draaide de economische motor dus nog op volle toeren. Lamborghini stelde de Countach voor in Genève, luchtvaartmaatschappijen tekenden nog volop in op de supersonische Concorde (die twee jaar eerder zijn eerste testvlucht had gemaakt) en de space race was nog volop gaande. Kortom: zelfs de sky was de limit niet meer in die tijd.

En dan laten we het beste nog voor het laatste, namelijk de racerij. 5-liter sportwagens zoals de Ferrari 512 en Porsche 917 raasden voor de laatste keer door de Ardennen en over het Circuit de la Sarthe (Le Mans). Daarnaast bestond de top-4 in de F1 uit Jackie Stewart, Ronnie Peterson, François Cevert en Jacky Ickx. De vijfde man in dat illustere rijtje was iemand die tevens overwinningen binnenrijfde aan het stuur van de Porsche 917, te weten Jo Siffert oftewel Seppi voor de vrienden.

Winnen in hart van de racerij

Siffert was alles behalve een rijkeluiszoon die door het geld van pa in de topsportklasse was beland, wel in tegendeel. Van uiterst bescheiden komaf stelde de 12-jarige Jo zich, bij het zien van de Zwitserse GP in 1948, tot doel om coureur te worden. Het hele plaatje werd al in zijn jeugd uitgewerkt, tot aan de iconische keuze van helm –knalrood met een omvangrijke Zwitserse vlag– toe. De weg ernaartoe was vervolgens lang, heel lang zelfs. Maar twintig jaar later zou de immer goedgemutste gentleman racer zijn eerste GP-overwinning behalen, wat meteen de laatste keer was dat een privateer zoiets zou bereiken.

Het was immers niet in een officiële Lotus (49B) maar met eentje van Rob Walker Racing waarmee Siffert op Brands Hatch de Britse GP won en daarmee onder andere de officiële Lotus en Ferrari’s (van Amon en Ickx) te snel af was. Voor Rob Walker Racing was het daarenboven geleden van ’61, met Stirling Moss tijdens de Duitse GP, dat hij de fabrieksteams nog eens een neus kon zetten in de F1. Siffert realiseerde met deze overwinning zijn ultieme droom, namelijk een GP gaan winnen in Engeland oftewel in het hart van de racerij.

Self-made driver

Die lange weg ging over racen met motorfietsen, GT’s én succesvol zakendoen. Eigenlijk was Seppi van opleiding carrossier, maar algauw had hij door dat er met de verkoop van auto’s meer geld te verdienen viel. Inkomsten die vervolgens broodnodig waren voor de race-activiteiten. Dat handelen in wagens leidde tot het fraaie Jo Siffert Automobiles in zijn geboortestad Fribourg. Dat werd niet alleen een officieële garage voor Porsche en Alfa Romeo, maar ook voor (oude) racewagens. Het was trouwens daar dat de Schlumpf-broers, van het latere museum in Mulhouse, enkele F1-wagens wisten te bemachtigen.

Siffert’s neus voor zaken kwam ook van pas bij de jacht naar sponsordeals. Zo wist hij Jack Heuer te overtuigen om zijn persoonlijke sponsor te worden, door niet alleen visibiliteit om de pols maar ook op de wagens en het racepak te beloven. Self-made driver Seppi slaagde er tijdens de gesprekken zowaar in om met zijn brede glimlach onder de kenmerkende snor Jack Heuer een 911 te verkopen. Faut le faire. Niet dat Jack het zich achteraf zou beklagen. Want toen Steve McQueen een inspiratiebron voor de film Le Mans zocht, kwam hij snel bij Siffert uit – die trouwens ook al participeerde in de film Grand Prix en een aflevering van The Persuaders (oftewel ‘De Speelvogels’) met Roger Moore. Nog een fan van Siffert, overigens.

Seppi vond het maar gepast dat McQueen in de film een horloge van Heuer zou dragen, vermits dat merk op zijn racepak vermeld stond. McQueen ruilde zijn Rolex plichtsgetrouw in voor de nieuwe en initieel weinig populaire Monaco, waardoor die opvallende chronograaf met vierkante kast plotsklaps promoveerde tot een van de meest herkenbare horlogedesigns. Of hoe de aanschaf van een 911 een erg goede investering was gebleken voor Jack Heuer.

Jo Siffert Automobiles

De meest roemruchte foto van de garage Jo Siffert Automobiles werd genomen in de aanloop naar de opnames van Le Mans, net op het moment dat McQueen zijn 911 in ‘schiefergrau’ ofte ‘slate grey’ kwam ophalen. Met die wagen laveert Mister Cool tijdens de openingsscène door de straten van het historische centrum en langs het circuit in opbouw . Op datzelfde moment stond ook de persoonlijke Gulf 917K van Siffert aan de voorkant van het pand geparkeerd. Eveneens een wagen die een belangrijke rol op het witte doek zou spelen, door als eerste over de eindmeet te rollen in de cultfilm.

Die illustere zwart-witfoto wordt tegenwoordig opnieuw tot leven gewekt in Fribourg met een spandoek van 12 bij 4 meter, aan de Route Neuve 4 in Fribourg (Zwitserland) oftewel de exacte locatie van de voormalige garage. Het spandoek zal er nog tot eind januari 2022 te bewonderen vallen, als ideale tussenstop op weg naar de wintersport. Even verderop valt er ook een Siffert expositie te bekijken in het Swiss Viper Museum. Jackie Stewart bracht er op 24 oktober jongstleden een ode aan Siffert, exact 50 jaar na diens tragisch ongeluk.

Dat Siffert’s fatale crash tijdens een onbelangrijke naseizoensrace op Brands Hatch gebeurde, maakt de hele zaak des te tragischer. De GP van Mexico ging in ’71 namelijk niet door, na veiligheidsproblemen én de dood van lokale held Pedro Rodriguez in juli ’71. Siffert en Rodriguez waren trouwens de smaakmakers van het Gulf-team en regen de overwinningen aan elkaar, waarbij ze elkaar on track tot snelheidsrecords voor de eeuwigheid duwden.

1971 zou zodus niet alleen het laatste seizoen van de 917’s worden, maar ook dat van de tenoren Siffert en Rodriguez. Voor Siffert eindigde het in zijn F1-bolide op Brands Hatch, waar hij drie jaar eerder nog zijn mooiste droom realiseerde. Bij zijn uitvaart in Fribourg reed zijn Gulf 917K -voorzien van zwarte rouwband- voorop door een menigte van wel 50.000 mensen. “Nooit zo’n mensenmassa gezien sinds de begrafenis van Churchill”, zei F1-manager Rob Walker daarover. Volkomen terecht als je het ons vraagt.

MEER LEZEN:

Octaanstrips: Jo Siffert

Terugblik: 1000km van Spa anno 1970 & 1971

50 jaar 917: 917 013/034 The king of kings