Pieter AmeyeJaguar/Land Rover’s meest charismatische motor is tegelijk ook een van zijn oudste en moet daarom binnenkort vervangen worden. En dan hebben we het natuurlijk over de AJ-(V)8 van de derde generatie.
In de basis gaat het blok al mee sinds 1997 toen het blok nog onder de supervisie van Ford ontwikkelt werd met een cilinderinhoud die varieerde tussen de 3,2- en 5,0-liter – al dan niet met de hulp van een supercharger. In zijn meest recente vorm dateert het blok van 2009 toen het een flink update kreeg met onder andere directe injectie en continue variabele timing voor de in- en uitlaatkleppen, terwijl de atmosferische versie ook over een variabele inlaat zou beschikken. Niettemin zou het de gesuperchargede variant zijn die de tand des tijds zou doorstaan.
Doorheen de jaren lag hij – al dan niet in gesuperchargede vorm – in de XF(R), XFR-S, XJR, XKR, XKR-S, F-type (S)(V)R, F-type Project 7, F-pace SVR en XE Project 8 (Touring). Maar ook in tal van producten uit de Land Rover-stal waaronder de Discovery 4, Range Rover Sport SVR en klassieke Range Rover met vermogens van tussen de 385 en 610 pk. Kortom, een manusje-van-alles die ondanks zijn op papier minder efficiënte vorm van drukvoeding soms toch nog verbazend zuinig wist en weet te zijn.
Maar ook aan dit mooi en vaak luidruchtig liedje komt een eind. Want binnenkort zal JLR het blok noodgedwongen moeten schrappen wegens zijn te hoge uitstootwaarden. Hulp komt er dankzij BMW, waarmee JLR afgelopen maand een akkoord sloot voor het verder ontwikkelen van elektrische auto’s en bijhorende technologieën.
Twin-turbo
Tezelfdertijd is ook beslis dat JLR afnemer wordt van BMW’s 4,4-liter twin-turbo V8 die op die manier de AJ-V8 vervangen zal. En dit vermoedelijk voor het eerst in de tweede generatie F-type, die een grondige evolutie wordt van het huidig model. Dat de BMW-V8 minstens even performant zal presteren staat nu al vast, maar of ‘ie ook even goed zal klinken? We betwijfelen het…